Met verwijzigng naar de brief van Gedeputeerde Sta Jen van Koord Brabant Gd4 April 1951 G.^nr. 7038 en naar hun besluit dd24 ffianuari 1951 (Prov, blad nr. 22 van 1951). tot heffing van 50. opcenten op de hoofdsom van de personele belasting voor het jaar 1951/52 ten bate van de provincie stellen B en W voor ten behoeve van de gemee te Brijbergen voor genoemd belastingjaar opnieuw te heffen 150 opcen ten op de personele belasting. Overeenkomstig dit voorstel besluit de raad. De voorzitter merkt op, dat zich in de gemeente een comité heeft gevormd, dat zich_beijvert in 1951 des Zaterdags voor de kermis een wielereourse te doen houden. Wil een dergelijke activiteit slagen, dan oleegt zo'n comité een bijdrage van de gemeente te 'vragen tot een oercentage van de opbrengst der ver makelijkheidsbelasting. Deze vermakelijkheidsbelas ting wordt doorgaans geheven, omdat de vermakelijk heid plaats heeft op de openbare weg. De heer van Wezel" zegt in te zien, dat het heffing van entree niet anders kan geschieden hoewel hij er voorstan der van zegt te zijn, dat het comité zelf entree heft en dat de gemeente daarvan de vermakelijkheids' belasting heft. De heer Hectors is de mening toege- dan, dat een dergelijke activiteit die aan de ge meenschap veel geld kost, aan de inwoners niet veel geld in het laadje brengt en kan er daarom niet erg voor warm lopen. B. en W. stellen voor de verordening op de heffing van"vermakelijkheidsbelasting te wijzigen Over eenkomstig dit voorstel besluit de raad zonder hoofdelijke stemming. Volgens de mededeling van _de voorzitter is de ver ordening der gemeente Huijbergen da. op ce heffing van besmettelijke ziektengerden per 1 De cember 1950 vervallen krachtens artixce- ,1 van het Besluit Bezettingsmaatregelen. Wil de gemeente aer halve niet de volledige lasten dragen van de kooten van vervoer, afzondering, onderzoek, verpleging, reiniging en ontsmetting van lijders aan besmftte- lijke ziektenip. dan zal de raad opnieuw moeten vast stellen een verordening tot geheel 01 gedeeltelijk verhaal der kosten kosten op belanghebbenden. De heer van Wezel vindt het principieel onjuist, da lemend, die wegens het\lijden aan een besmettelijke ziekte ov last van de overheid geruimen tijd in quarentaine moet 4er bescherming van de maatschap- ihii zelf nog geheel of gedefjlt eli jk de posten daarvan moet dragen. Immers een dergelijk persoon zal toch al veel financiële nadelen onderbinden, doordat hii- als hij zelfstandige is - zijn oeroep niet kan"uitoefenenAangezien de pondering P-eschiedt in het openbaar belang, vindt de heer van Wezel dat de openbare instanties dan ook maar Qo lasten moeten dragen. dp heer De voorzitter meent, dat het standpun van Wezel principieel wel juist is Veilicht heert de wetgever de verhaalsmogelijkheid ge^apen o dat de overheids de kosten moeilijk zal khnnen p-en. wanneer een ziekte epidemisch gaat heersen. Bovendien meent de voorzitter dat yele de kosten zullen kunnen verhalen op de Voorts zijn er personen, die er principieel bezwaa tegen hebben, dat de overheid voor .hen kosten be taald aangezien zij dit beschouwen a.ls een soort armenzorg De practische overwegingen cijferen het principieel bezwaar van de heer van Wezel niet weg, zegt deze. Hij blijft op het standpunt staan, dat de gemeente de verordening niet moet vaststellen. Bij het op slaan van de besmettelijke ziektenwet blijkt, dat volgens artikel het heffen van bijdragen gebiedend is voorgeschreven. De voorzitter doet het voorstel het door B. en W. aangeboden ontwerp terug te nemen en nog eens nader te bekijken om later eventueel met een billijker re geling voor de dag te komen. Aldus wordt besloten. Uit overweging, dat de Verlofsrechten A bij de wet van 7 Juni"1950 K 204 is verhoogd tot 45,- terwijl de vergunninghouders in Huijbergen tot nu toe slechts 40,-- betaalden, stellen B en W billijkheidshalve voor het vergunningsrecht te verhogen. Dit bedraagt thans 12,50 voor elke f 100 huurwaarde met een mi- numum van 40.-. Voorgesteld wordt dit vooriaan te brengen op'12,50 voor elke 50,- huurwaarde met een minimum van 60,j> De raad besluit overeenkomstig dit voorstel. Tenslotte besluit de raad de rijksregeling tot wij-< ziging van het toelagebesluit 1951 van overeenkomsti ge toepassing te verklaren voor het gemeentepersonee] zulks om te bereiken, dat ook voor dit personeel de jongste 5fo loonsverhoging zal gelden. Rondvraagt* Op de vraag van de Heer Hectors of de electrif'ïcatie van het 0verberg nu doorgaat kan de voorzitter tot zijn spijt geen definitief bevestigend -antwoord gever^ De heer van Wezel informeert hoever de plannen staan voor de riolering van het dorp. De voorzitter deelt mede, dat een gedeeltelijk plan pas is binnengekomen Hierna sluit de voorzitter de vergadering. Aldus vastgesteld in de openbare) vergadering van Donderdag 17 Mei 1951, De Voorzitter, n tn De Wethouder.

Raadsnotulen

Huijbergen: 1935-1996 | 1951 | | pagina 4