g. Beschikking van den Minister van Financiën dd«
20 Maart 1936 no.l (doss.2-16), waarbij het quotient
bedqeld in artikel 21, tveeede lid, van het Financi-
eele verhoudingsbesluitover het boekingstijdvak
1934/1935, voor de gemeente Huijbergen wordt vast
gesteld op f.7,05.
h. Besluit van Gedeputeerde Staten van Noordbrabant
dd. 1 April 1936, G.nr.440,IIe afdeeling, (doss,
18-12), waarbij wordt goedgekeurd het besluit van
den_raad der gemeente bouw dd. 17 Januari 1936 tot
opheffing varx de veemarkt.
i. Brief van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
van 18 Maart 1936, G.nr.324, Ille afdeeling (doss.
12-6b), inhoudende toezending van het raadsbesluit
van 7 Februari 1936 tot wijziging van de leges voor
bouwvergunningen, goedgekeurd bij Koninklijk besluit
van 9 Maart 1936, no.26.
j. Briefvan Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
dd18 Maart 1936, G.no.286, Ille afdeeling (doss.
11-14) met toezending van een Koninklijk besluit var
5 Maart 1936, no.26, waarbij aan het raadslid P.J.B.
Buermans ontheffing is verleend van het verbod, ge-
gteld in artikel 1506, alinea 3 van het Burgerlijk
Onde rhends
wetboek ten einde van de gemeente Huijbergen/te
kunnen konpen een stuk gemeentegrond
De stukken vermeld onder b tot en met e en g tot en
met j neemt de raad voor kennisgeving aan.
k. Brief van het Burgerlijk Armbestuur te Huijbergen
dd. 21 Juni 1936 (doss.7-4) met verzoek de bijgevóeg
de wijziging van de begrooting dier instelling voor
1935 goed te keuren.
Na de wijzigingen te hebben voorgelezen stelt de
voorzitter voor deze goed te keuren, waartoe de
Raad zonder hoofdelijke stemming besluit.
In verband met de in het leven roeping van de
nieuwe Warenwet, Staatsblad 1935, nr.793, achten
Burgemeester en Wethouders het gewenscht.de laren-
keur ings verordening in overeenstemming te brengen
met deze wet. Zij deelen mede, dat de inhoud van de
nieuwe verordening juist dezelfde is als de oude, i7«
iiu|
alleen de terminologie is hier en daar gewijzigd.
LS 1
De Naad stelt de nieuw verordening zonder hoofde- ,ef
lijke stemming vast overeenkomstig het door Burge
meester en Wethouders aangeboden ontwerp (4-40).
De Voorzitter vermeldt, dat de uaad op 3 September
1935 een wijziging van de bouw verordening vaststelde,
welke, inmiddels is goedgekeurd door Gedeputeerde
Staten. In die wijziging zijn echter eenige tikgouten
geslopen, die eerst na de goedkeuring werden opge-
merkt. Ten einde te voorkomen, dat de gewijzigde
bepalingen door den rechter onverbindend zouden
worden verklaard, stellen Burgemeester en Wethouders
voor de wijzigingsverordening van 3 September 1935
in te trekken en de gewenschte wijzigingen in de
bouwverordening opnieuw vast te stellen. De Baad I
besluit daartoe zonder hoofdelijke stemming (3-40).
De Voorzitter deelt mede, dat Burgemeester en jn_
Wethouders van Bergen op Zoom bij brief van 2 Juni
1936 afd.I, no.4/l62F (doss.6-44A) hebben verzocht
de gemeenschappelijke regeling inzake de beschikbaar
stelling van een besmettelijke ziaktenbarak opnieuw
vast te stellen met de wijziging, dat de beslisa ng
van geschillen zal worden opgedragen aan den kanton
rechter te Bergen op Zoom in plaats van aan de Kroon..
De Raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeen
komstig dit voorstel (doss.8-44A)
wm'