GEMEENTE HOEVEN De raad van de gemeente Hoeven; gezien het voorstel van het college van burgemeester en wet houders van 10 december 1996; gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a, van de Gemeentewet besluit: vast te stellen de: "Verordening op de heffing en invordering van rioolafvoerrech- ten 1997". Artikel 1 Begripsomschrijvingen Voor de toepassing van deze verordening wordt: a onder gemeentelijke riolering mede het voor de openbare dienst bestemde gemeentewater begrepen; b onder afvalwater verstaan water en stoffen die worden afgevoerd via de gemeentelijke riolering; c onder eigendom verstaan een roerende of een onroerende zaak; d onder verbruiksperiode verstaan de periode waarop de afrekening van het waterleidingbedrijf betrekking heeft. Artikel 2 Belastbaar feit en belastingplicht 1 Onder de naam rioolafvoerrecht wordt een recht geheven van de gebruiker van een eigendom van waaruit afvalwater direct of indirect op de gemeentelijke riolering wordt afgevoerd. 2 Met betrekking tot het recht als bedoeld in het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt: a. degene die naar omstandigheden beoordeeld het eigen dom al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruikt; b. ingeval een gedeelte van een eigendom - niet een gedeelte als bedoeld in artikel 3 - ten gebruike is afgestaan: degene die dat gedeelte in gebruik heeft afgestaan. Artikel 3 Zelfstandige gedeelten Indien gedeelten van een in artikel 2 bedoeld eigendom blijkens hun indeling bestemd zijn om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, worden de rechten geheven ter zake van elk als zodanig bestemd gedeelte, met dien verstande dat indien twee of meer van die gedeelten te zamen als een geheel worden gebruikt, deze als een eigendom worden aangemerkt.

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1996 | | pagina 366