Artikel 17 Voorkoming verspreiding infectieziekten
1 Het is aan de houder, dan wel aan degene die met de
dagelijkse leiding is belast, verboden:
a enig persoon tot het kindercentrum of tot
enige daarmee in verbinding staande loka
liteit toe te laten of daarin te vertoe
ven, wanneer, volgens of vanwege de direc
teur van de GGD, daarmee het gevaar van
overbrenging van een infectieziekte, zoals
genoemd in de Wet bestrijding infectiezie
kten en opsporing ziekteoorzaken, aanwezig
is;
b enig persoon tot het kindercentrum of tot
enige daarmee in verbinding staande loka
liteit toe te laten of daarin zelf te ver
toeven, wanneer hij redelijkerwijs kan
vermoeden dat daarmee het gevaar van over
brenging van een infectieziekte, zoals
genoemd in de onder a vermelde wet, aanwe
zig is.
2 Van het in het eerste lid onder a omschreven verbod
is de houder ontheven, zodra de behandelend genees
heer een schriftelijke verklaring heeft afgegeven
dat de kans op overbrenging van een infectieziekte
is uitgesloten.
3 De bepalingen in het eerste en tweede lid laten
onverlet de bepalingen krachtens de in het eerste
lid, onder a, genoemde wet.
Paragraaf 3 Specifieke regels voor gastouderopvang
Artikel 18 Eisen aan de gastouderopvang
1 Gastouderopvang geschiedt op basis van schriftelijke
overeenkomsten tussen het gastouderbureau, de ou
ders/verzorgers en de gastouder.
2 Contractueel worden in ieder geval vastgelegd de
vergoeding voor de opvang en de kwaliteitseisen die
het gastouderbureau aan de gastouderopvang stelt.
3 Als kwaliteitseisen zijn in ieder geval opgenomen
dat:
a de woning waar gastouderopvang plaatsvindt
veilige en voldoende ruimte biedt voor het
aantal kinderen dat daar verblijft. De
hier bedoelde ruimte heeft zowel betrek
king op de speelgelegenheid binnen en bui
ten de woning als op de slaap- en rust
ruimte;
b de gastouder over te controleren deskun
digheid beschikt.
HOOFDSTUK 3 Straf-, overgangs- en slotbepalingen
Artikel 19 Strafbepaling
Overtreding van artikel 2 en 9 en van de kwaliteitsregels in
hoofdstuk 2 wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee
maanden of een geldboete van de tweede categorie en kan boven
dien worden gestraft met openbaarmaking van de rechtelijke