2 Alle vertegenwoordigers worden in het bestuurlijk overleg in de gelegenheid gesteld hun zienswijzen naar voren te brengen over het verzoek om advies van de Onderwijsraad. 3 Burgemeester en wethouders zijn belast met de indiening van een verzoek om advies bij de Onderwijsraad. Daarbij wordt de Onderwijsraad tevens geïnformeerd over de in het tweede lid bedoelde zienswijzen voor zover deze afwijken van de inhoud van het verzoek. 4 Een afschrift van het door de Onderwijsraad uitgebrachte advies wordt zo spoedig mogelijk, uiterlijk binnen één week, door burgemeester en wethouders toegezonden aan alle bevoegde gezagsorganen. Indien het geheel of gedeel telijk opvolgen van het advies van de Onderwijsraad zou leiden tot een of meer inhoudelijke bijstellingen van het voorstel over de vaststelling of wijziging van de veror dening voorzieningen huisvesting onderwijs zoals dat aan de orde is geweest in het bestuurlijk overleg als bedoeld in het eerste en tweede lid, dan worden de bevoegde ge zagsorganen bij de toezending van het afschrift van het advies uitgenodigd voor een nader bestuurlijk overleg. In alle andere gevallen beoordelen burgemeester en wethou ders of nader bestuurlijk overleg over het advies van de Onderwijsraad noodzakelijk is. Burgemeester en wethouders geven dit aan bij de toezending van het afschrift van het advies van de Onderwijsraad. 5 Het overleg als bedoeld in het vorige lid vindt binnen twee weken plaats nadat de Onderwijsraad zijn advies heeft uitgebracht. Burgemeester en wethouders informeren de raad over dit overleg in de vorm van een aanvulling op het verslag als bedoeld in artikel 7. Artikel 7 Verslaglegging; informeren raad 1 Van het bestuurlijk overleg wordt door burgemeester en wethouders een verslag gemaakt. 2 Het verslag bevat in ieder geval: a een overzicht van de gevolgde procedure; b een weergave van de zienswijzen zoals deze tijdens het bestuurlijk overleg door de vertegenwoordigers van de bevoegde gezagsorganen en de vertegenwoordiger van burgemeester en wethouders naar voren zijn gebracht; c een overzicht van de onderwerpen waarover in het be stuurlijk overleg geen of geen volledige overeen stemming is bereikt, waarbij wordt aangegeven wat de inhoudelijke redenen daarvan zijn; d een overzicht van de door de vertegenwoordiger van burgemeester en wethouders in het overleg toegezegde wijzigingen in het oorspronkelijk voorstel, naar aanleiding van de naar voren gebrachte zienswijzen als bedoeld onder b. Indien toepassing wordt gegeven aan het gestelde in ar tikel 6, eerste lid, dan wordt hiervan eveneens een weer gave opgenomen in het verslag.

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1996 | | pagina 179