Ad a) en b) hebben wij overwogen dat het enerzijds wenselijk zou
kunnen zijn om middels de regeling voor eigen bijdragen een
zekere mate van kostenbesef bij de WVG-gerechtigdenop te roepen,
en anderzijds dat een dergelijke regeling relatief arbeidsinten
sief is en desondanks voor een groot gedeelte van de verstrekkin
gen geen of zeer beperkte eigen bijdragen zou opleveren. Om
doelmatigheidsredenen geven wij er de voorkeur aan om bij inko
mens tot 1,5 maal het WVG-norminkomen in het geheel geen eigen
bijdragen meer op te leggen, noch terzake van voorzieningen in
natura noch terzake van woningaanpassingen.
Ad c) hebben wij overwogen dat een nieuw regime weliswaar formeel
verplicht is met ingang van 1 april 1996, doch feitelijk voor een
belangrijk deel bestaat uit het corrigeren van een situatie die
al onjuist was per 1 april 1994, de datum van inwerkingtreding
van de WVG. Wij zijn daarom van mening dat het nieuwe regime voor
eigen bijdragen en draagkracht moet worden toegepast met terugwer
kende kracht tot 1 april 1994. De consequenties daarvan zijn:
alle sinds 1 april 1994 door de WVG-gerechtigden betaalde
eigen bijdragen voor rolstoelen en voorzieningen in natura ad
in totaal f 8.121,26 kunnen gerestitueerd worden;
de eigen bijdragen voor woningaanpassingen voor gerechtigden
met een inkomen tot en met 1,5 maal het WVG-norminkomen ad in
totaal f 2.643,96 kunnen gerestitueerd worden;
de eigen bijdragen voor woningaanpassingen moeten herberekend
en zonodig (deels) gerestitueerd worden aan gerechtigden met
een inkomen boven 1,5 maal het WVG-norminkomen. Deze restitu
ties kunnen pas exact berekend worden nadat de cliënten nadere
gegevens hebben verstrekt die nodig zijn voor de draagkrachtbe
rekening. Zij zullen daartoe uitgenodigd worden na de besluit
vorming door uw raad. Vooralsnog ramen wij deze restituties op
f 2.000,-.
De restitutiekosten kunnen ten laste worden gebracht van de
Voorziening WVG, die daarvoor voldoende ruimte biedt.
In afwijking van het bovenstaande algemene uitgangspunt terzake
van draagkrachtberekening stellen wij overigens voor om de inko-
mensgerelateerde differentiatie in vervoerskostenvergoedingen
(zie artikel 4, lid 2 van het ontwerp-Besluit financiële tege
moetkomingen en eigen bijdragen voorzieningen gehandicapten')
niet met terugwerkende kracht tot 1 april 1994 te corrigeren,
maar, op advies van de VNG, per 1 januari 1996.
Tenslotte is in de voorliggende concept-verordening de mogelijk
heid geopend tot het bezoekbaar maken van woningen voor gehandi
capten die in een AWBZ-inrichting verblijven.
Wij stellen u voor om:
de in concept bijgevoegde Verordening Voorzieningen Gehandicap
ten vast te stellen met terugwerkende kracht tot 1 april 1996;