- 8 -
2. Artikel 19, tweede lid, is van toepassing, met dien
verstande dat de in dat lid bedoelde franchise het
bedrag is, genoemd in artikel F7aa, tweede lid, van
de Algemene burgerlijke pensioenwet dan wel het met
toepassing van het derde lid van dat artikel gewij
zigde bedrag.
3. Artikel 19, derde en zevende tot en met tiende lid,
zijn van toepassing
O Artikel 20 komt te luiden.
Indien het pensioen van de wethouder, die voor zijn
bezoldiging geacht wordt niet de volledige werkweek aan
het wethouderschap te besteden, wordt berekend met toe
passing van artikel 19 of 19a, dan wel met toepassing
van beide artikelen, is het bedrag van het pensioen
gelijk aan de uitkomst van de berekening vermenigvuldigd
met de deeltijdfactor.
P Het opschrift van artikel 21 komt te luiden:
Samenvallende diensttijd van echtgenoten tussen 31 decem
ber 1985 en 1 januari 1995
Q In artikel 22, eerste lid wordt de zinsnede "is degene
aan wie een pensioen krachtens dit hoofdstuk is toege
kend" vervangen door: is degene aan wie een pensioen
krachtens dit hoofdstuk is toegekend over diensttijd
voor 1 januari 1995.
R Artikel 28 wordt als volgt gewijzigd:
het derde lid vervalt, het vierde en vijfde lid worden
vernummerd tot het derde en vierde lid.
S In artikel 29, eerste lid wordt de zinsnede"na 31 decem
ber 1985" vervangen door: tussen 31 december 1985 en 1
januari 1995.
T Na artikel 29 wordt een nieuw artikel 29a ingevoerd,
luidende:
Artikel 29a
1. Dit artikel is uitsluitend van toepassing op pen
sioenberekeningen over diensttijd na 31 december
1994.
2. De nabestaande die de leeftijd van 65 jaar nog niet
heeft bereikt en geen recht heeft op pensioen of
tijdelijke uitkering ingevolge de Algemene Weduwen-
en Wezenwet, heeft tot de eerste dag van de maand
waarin hij die leeftijd bereikt recht op een toeslag
op zijn volgens de voorgaande artikelen berekende
pensioen. Deze toeslag bedraagt jaarlijks voor elk
voor de berekening van het nabestaandenpensioen
tellend jaar 1,25 procent van de franchise, bedoeld
in het tweede lid van artikel 19a.