Staatsblad gepubliceerd, waarna een start kon worden gemaakt met de zoneringsprocedure voor Seppe. In het "Besluit geluidsbelas ting kleine luchtvaart" wordt de geluidsbelasting gedefinieerd in "bkl" (geluids-) belastingeenheden kleine luchtvaart. Een bkl is een geluidseenheid, waarbij in de berekeningsformule ver zwarende factoren zijn opgenomen voor vliegverkeer in de weekends, tijdens de drukste maanden, voor circuitvluchten en voor nachtvluchten (voorzover van toepassing)Het aantal vliegbewegingen wordt volgens deze berekeningsmethodiek omgezet in een representatieve dag, op basis waarvan geluidszones kunnen worden vastgesteld. Dit heeft als consequentie dat een geluidszone niet alleen bepaald wordt door het totaal aantal vliegbewegingen per jaar, maar ook door de soort vluchten (circuit- of overland-vluchten) en door het tijdstip van de vluchten (weekend of door-de-week). Uitgangspunt bij de berekeningsmethodiek is dat vooral buiten de woningen hinder wordt ondervonden Het "Besluit geluidsbelasting kleine luchtvaart bepaalt vervol gens dat er rond elk vliegveld zones van 50 en 60 bkl moeten worden vastgesteld. Binnen deze zones mogen geen nieuwe geluids- gevoelige gebouwen, o.a. woningen, gebouwd worden. Voor de zone tussen 50 en 60 bkl is voor bepaalde gevallen ontheffing mogelijk door de Minister van VROM. Hetzelfde Besluit bepaalt ook dat per 1 januari 2000 de vastge stelde zones van 50 en 60 bkl worden gewijzigd in 47 en 57 bkl. Dit is een aanzienlijke reductie. Voor vliegveld Seppe betekent dit bijvoorbeeld bij ongewijzigd gebruik een halvering van het toegestane aantal vliegbewegingen. Deze reductie zal echter (deels) ook bereikt kunnen worden door minder geluidsemissie van de vliegtuigen en door wijziging van de soort vluchten en tijd stippen (minder circuitvluchten en minder weekendvluchten) Voor verdere informatie ligt het "Besluit geluidsbelasting kleine luchtvaart" met toelichting bij de stukken. Het vliegveld Seppe is een als zodanig aangewezen luchtvaart terrein dat ook in een bestemmingsplan positief bestemd is. Het vaststellen van de geluidszones mag er ons inziens niet toe leiden dat het gebruik van dit op grond van de Luchtvaartwet en Wet op de Ruimtelijke Ordening geaccepteerde vliegveld onmogelijk wordt qemaaktDe kwestie is om de geluidszones zodanig vast te stellen dat de hinder zoveel mogelijk beperkt wordt zonder dat een rendabel gebruik van het vliegveld onmogelijk wordt gemaakt. Een essentieel onderdeel voor het vaststellen van de zones is het aantal toe te stane vliegbewegingen, waarop vervolgens de bere keningsfactoren van de bkl worden toegepast om de zones te berekenen. Voor het bepalen van het aantal toe te stane vliegbe wegingen zijn een aantal uitgangspunten mogelijk: het aantal vliegbewegingen in 1980, toen uw raad zich bij motie uitsprak tegen toename van hinder in vergelijking met de toen bestaande situatie. In 1980 waren er ruim 36.000 - de^rmëïin^van het Nationaal Milieubeleidsplan Plus (NMP) en het Provinciaal Milieubeleidsplan (PMP)die beide uitgaan van een "stand-still" beginsel in het jaar 2000 m

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1993 | | pagina 7