m I mogelijkheden c.q. instrumenten om de (bestaande) woningmarkt te reqelen. De enige afdoende oplossing is recht doen aan de uit gangspunten van het groeiklassebeleid en de richtgetallen dieno vereenkomstig aanpassen/vaststellen. In het beleidsplan is naast dit actiepunt nog een aantal beleidsvoornemens verwoord. Enkele daarvan zijn: in de nieuwbouwprogrammering dienen aanvullend woningen voor de meest urgente doelgroepen in Hoeven te worden gereali seerd. Het betreft startende huishoudens en ouderen. .Door stroming in de bestaande voorraad kan worden gerealiseerd door het realiseren van huurwoningen voor ouderen waardoor koopwoningen vrijkomen. Door het realiseren van koopwoningen voor gezinnen die momenteel in een huurwoning wonen komen huurwoningen in de bestaande voorraad beschikbaar. Uitgangspunt voor het nieuwbouwprogramma is het opheffen van de huidige tekorten en de opvang van de toekomstige woning behoefte van de eigen inwoners. Op basis van een prognose van de bevolkingsontwikkeling (migratiesaldo 0) en ~e ontwikkeling van de gemiddelde woningbezetting tot 2002, dienen in de gemeente Hoeven de komende 10 naren 400 wo ningen aan de voorraad te worden toegevoegd. In de periode van 1997 ca. 250 woningen, in de periode 1997-2002 ca. 150 woningen. Inclusief vervangende nieuwbouw dienen de komende 5 jaren ca. 50 woningen per jaar te worden gerealiseerd. Marktomstandigheden (economische terugslag of verhoging hypotheekrente) kunnen aanleiding vormen het woningbouwpro gramma aan te passen. Volledigheidshalve is ook een vertrekkersenquete gehouden, teneinde inzicht te krijgen in de relatie volkshuisvestingsbe leid, met name woningbouwprogramma en (het aantal) vertrekkers de reden van vertrek. Het onderzoek is verricht door middel van een s^riftelijke enquete onder een deel van de vertrekkende huishoudens in de jaren 1987 tot en met oktober 1992. Alleen die huishoudens zi n benaderd die naar gemeenten in de directe woonomgeving zijn vertrokken. Reden is dat kan worden verondersteld dat huishoudens die in principe zijn georiënteerd op Hoeven maar daar geen woning kunnen vinden? uitlullen wijken naar nabij gelegen woongebieden. Het betreft de gemeenten Roosendaal, Oudenbosch, Rucphen, ten-Leur en Oud-Nieuw Gastel. Per saldo zijn 370 formulieren verstuurd, waarvan 192 zijn ingevuld en geretourneerd: een respons van 52-s, zodat een be trouwbaar beeld kan worden geschetst. Van het aantal respondenten blijkt de grootste groep uit starters te bestaan (63%) waarvan het merendeel langer dan 15 jaar in gemeente woonachtig was op het moment dat men de gemeente v - liet. Ook in de groep doorstromers (36-s) was het meerendeel reeds langer dan 15 jaar woonachtig in Hoeven voordat men vertrok.

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1993 | | pagina 18