circulaire d.d.24 april 1986 Dit betreft een voorstel tot invoering van een geschillenregeling in de Overlegverordening. De centrales stellen, dat er in 1984 in goed overleg een akkoord gesloten is over de invoering van een gemeentelijke geschillenregeling en dat dit nu ook door de werkgevers loyaal moet worden uitgevoerd. Gekozen is destijds voor een landelijke commissie die voor alle gemeenten, provincies en waterschappen werkzaam is. Dit is ook bevorderlijk voor de totstandkoming van gelijke adviezen/uitspraken in vergelijkbare gevallen, wat de rechtsgelijkheid ten goede komt. De geschil lenregeling is duidelijk bedoeld als sluitstuk op het plaatselijk georganiseerd overleg. Aan deze commissie kunnen dus alleen geschillen worden voorgelegd over zaken die regulier in het plaatselijk overleg aan de orde kunnen worden gesteld. Gekozen is destijds voor een bijdrageregeling in hoogte variërend naar gemeentegrootte. Voor 1993 is de bijdrage 450,00 per jaar. Destijds werd al aangegeven dat indien er in de toekomst een overlegstructuur zou ontstaan, waarin overlegpartners gelijk waardiger zijn en er geen sprake meer is van enkel eenzijdige vaststelling van arbeidsvoorwaarden door de overheidswerkgever de positie van deze commissie zal moeten worden heroverwogen. Invoering van een geschillenregeling leidt tot aanpassing van de Overlegverordening circulaire d.d. 24 februari 1989 In deze circulaire komt het College voor arbeidszaken met een aanbeveling om plaatselijk overleg te openen met als doel het sluiten van een overeenkomst over de invoering van het over- eenstemmingsvereiste.Vooruitlopend op de nieuwe overlegstructuur heeft de minister van Biza al in 1989 voorgesteld om bij wijze van experiment het overleg te voeren op basis van tweezijdigheid. Dit gold voor invoeren of wijzigen van regelingen waaraan de individuele ambtenaar recht kan ontlenen. Operaties als decen tralisatie, reorganisatie, afslankingen en privatisering als zodanig vallen niet onder het overeenstemmingsvereiste, een aan dergelijke operaties gekoppeld beleid waaraan ambtenaren rechten kunnen ontlenen weer wel. Overleg in een zo vroeg mogelijk stadium is derhalve van groot belang. Indien over voorgestelde maatregelen en regelingen waarvoor dit zogenaamde overeenstem mingsvereiste geldt, ook na inschakeling van de advies en arbitragecommissie geen overeenstemming wordt bereikt, blijft de oude regelgeving van kracht. Vele gemeenten in Nederland hebben inmiddels afspraken gemaakt over een andere wijze van met elkaar omgaan. Dit varieert van niet meer dan een intentieverklaring dat beide partijen zullen streven naar overeenstemming, tot het invoeren van een overeen stemmingsvereiste met verplichte arbitrage. Van dit laatste is het College voor arbeidszaken overigens geen voorstander omdat verplichte arbitrage het gevaar in zich bergt, dat partijen niet het uiterste zullen doen om tot overeenstemming te komen.

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1993 | | pagina 125