t i De vaststelling van de subsidiabele restauratiekosten en de subsidie door de gemeente moet nog wel door de minister worden goedgekeurd De budgetreservering in onze gemeente bedraagt ca. f 4.000, voor alle drie tot de kleine categorie behorende monumenten. Dit zijn onze enige monumenten, waarvoor geen directe noodzaak voor een verordening aanwezig is. Deze verordening ziet toe op de vergunningverlening tot wijziging, afbraak of verwijdering van een rijksmonument. In een dergelijke verordening moet ten minste de inschakeling worden geregeld van een commissie op het gebied van de monumentenzorg, die burgemeester en wethouders ten minste over de vergunningverlening voor rijksmonumenten adviseert. Gelet op het huidig aantal beschermde monumenten achten wij zo'n verordening thans niet opportuun. Een verordening ligt meer voor de hand als het aantal monumenten daartoe aanleiding geeft. In dat verband is het u vorig jaar aangekondigde Monumenten Inventarisatie Project (MIP) van belang. In het kader van dit door het rijk geëntameerde en door de provincie uitgevoerde project wordt een inventarisatie gemaakt van waardevolle objecten en stedebouw uit de periode 1850-1940. Inmiddels is onze gemeente al bezocht, doch de beschrijving komt pas in de tweede helft van dit jaar in de vorm van een rapport beschikbaar. Deze gegevens kunnen gehanteerd worden ten behoeve van bestemmingsplannen, planologische maatregelen en bescherming door middel van plaatsing op een gemeentelijke monumentenlijst. Tevens worden de objecten en structuren opgenomen in een geauto matiseerd bestand, dat in 1992 overgedragen zal worden aan het rijk. Dan start een beschermingsronde van een aantal objecten binnen het Monumenten Registratie Project. Dit rapport kan als handvat dienen om de gebouwen/bouwwerken, welke in 1988 in het kader van de stads- en dorpsvernieuwing in een notitie zijn vermeld, nader te beschouwen. Wellicht dat de monumentenlijst kan worden uitgebreid en daarmee ook het meerjarenprogramma. Omtrent de overige gebouwen/bouwwerken kan dan een gewogen oordeel worden uitgesproken of de verordening stads- en dorpsvernieuwing aanpassing behoeft, dan wel ten behoeve van een samenhangend gemeentelijk monumentenbeleid en gemeentelijke monumentenlijst met bijbehorende verordening vast te stellen. Thans wordt het voorstel beperkt tot een budgetreservering voor de periode 1992-1997. Op grond van het Besluit Rijkssubsidiëring Restauratie Monumenten wordt het meerjarenprogramma voor 1996 en 1997 ingewacht. Bij gaand treft u dit in concept aan. Voorgesteld wordt het meerjarenprogramma conform het concept vast te stellen. De commissie Ruimtelijke Ordening, Volkshuisvesting en Financiën is gehoord en kan zich met ons voorstel verenigen. Burgemeester en wethouders van Hoeven. A.F.W. Osterloh, burgemeester. P.J. Detmers, secretaris. RWOAV229B A

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1991 | | pagina 264