GEMEENTE HOEVEN
Agendanr.: 3a. Raadsvergadering d.d. 29 juni 1989.
Onderwerp: Voorstel tot: 1. het aangaan van een overeenkomst
met de heer Mr. K.C.M. van de Pol;
2. het verlenen van eervol ontslag
aan de heer Mr. K.C.M. van de Pol
als gemeentesecretaris van Hoeven.
Hoeven, 20 juni 1989.
Zoals de leden van uw raad bekend is heeft de gemeente
secretaris, Mr. K.C.M. van de Pol sedert geruime tijd
zijn functie niet meer vervuld.
Het college van burgemeester en wethouders enerzijds en de
heer Van de Pol anderzijds zijn de mening toegedaan dat
beide partijen er bij gebaat zijn wanneer het dienstver
band zou worden geëindigd. De heer Van de Pol is bereid zijn
ontslag aan te bieden aangezien hij ingaande 1 september
1989 elders benoemd kan worden.
Het betreft voorlopig echter een dienstverband van één jaar;
na dat jaar zal de nieuwe werkgever bezien of de arbeids
overeenkomst omgezet wordt in een overeenkomst voor onbe
paalde tijd. Werkaanvaarding elders zoals vorenstaand
bedoeld brengt derhalve voor de heer Van de Pol een aantal
(rechtspositionele) onzekerheden met zich mee. De heer Van
de Pol is desondanks bereid genoemd dienstverband aan te
gaan onder voorwaarde dat hem door uw raad een bepaalde
garantie wordt gegeven.
Met de heer Van de Pol kan overeengekomen worden dat par
tijen (gemeente Hoeven en de heer Van de Pol) over en weer
afstand doen van alle rechten en plichten voortvloeiende uit
de gemeentelijke rechtspositieverordeningen, waarop
betrokkene op of na 1 september 1989 eventueel aanspraak zou
kunnen maken.
De garantie die daarvoor aan de heer Van de Pol gegeven moet
worden is als volgt samen te vatten.
De gemeente Hoeven verplicht zich:
- om, een garantie-uitkering aan de heer Van de Pol toe te
kennen indien de werkgever, alwaar de heer Van de Pol met
ingang van 1 september 1989 in dienst treedt, tijdens of
bij ommekomst van de tijdelijke arbeidsovereenkomst van 1
jaar (i.e. tot 1 september 1990) betrokkene ontslaat, c.q.
de arbeidsovereenkomst niet omzet in een overeenkomst voor
onbepaalde tijd, en zulks niet aan de schuld of door eigen
toedoen van de heer Van de Pol te wijten is.