-7-
Artikel 21.
Nader onderzoek.
1. Indien na afloop van de zitting, als bedoeld in artikel
11, doch voordat het advies wordt opgesteld, een nader
onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter van
de commissie uit eigen beweging of op verlangen van de
commissie dit onderzoek houden.
Verkregen informatie of adviezen worden in afschrift aan
de leden van de commissie, de indicatiecommissie en de
appellant toegezonden.
2. De leden van de commissie, de indicatiecommissie en de
appellant kunnen binnen een week, na verzending van de in
het eerste lid bedoelde nadere informatie of adviezen,
aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten
tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De commissie
beslist omtrent een dergelijk verzoek.
3. Een nieuwe hoorzitting wordt in ieder geval gehouden,
indien naar aanleiding van het nader onderzoek of
anderszins, feiten of omstandigheden bekend worden, die
voor de op het beroepschrift te nemen beslissing van
belang kunnen zijn.
4. Op een nieuwe hoorzitting, als bedoeld in het tweede en
het derde lid, zijn de bepalingen in deze verordening,
die betrekking hebben op de hoorzitting, zoveel mogelijk
van overeenkomstige toepassing.
Artikel 22.
Raadkamer en advies.
1. De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten
deuren over het door haar burgemeester en wethouders
uit te brengen advies.
2. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over
het uit te brengen advies.
Van minderheidsstandpunten wordt bij het advies melding
gemaakt, indien die minderheid zulks verlangt.
3Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel aan
burgemeester en wethouders voor de te nemen beslissing.
4. Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris
van de commissie ondertekend.