-5-
4.4 In de in het tweede lid vermelde gedachtenwisseling met de toe
gelaten instellingen komen ten minste aan de orde:
a) een raming van de woningverbeteringsactiviteiten voor de komende
jaren;
b) de door de gemeente gedachte verdeling van het budget per budget
categorie over de toegelaten instellingen voor het eerstkomende
budgetjaar, en
c) een omschrijving van de mogelijk toe te passen flexibiliteits-
regels.
4.5 Voor zover burgemeester en wethouders tot een verbeterconvenant
met de toegelaten instellingen over de te ondernemen verbeteracti
viteiten voor het komende budgetjaar komen wordt een dergelijke
overeenkomst ter kennis van de raad gebracht. De raad kan vaststellen
dat die overeenkomst zal dienen als een voorwaarde voor het in aan
merking brengen van plannen voor het verlenen van geldelijke steun
ten behoeve van het treffen van voorzieningen als nader bepaald in
artikel 7 van deze verordening.
-Hoofdstuk II-