p
-4-
5.Dode honden en katten
Art. 12. Omtrent de aangifte, het vervoer, het ophalen en de
overdracht van dode honden en katten, alsmede omtrent de
afgifte daarvan aan een van gemeentewege aangewezen verzamel-
dienst kunnen burgemeester en wethouders na overleg met de direkteur
met inachtneming van het bepaalde in artikel 32 van het Destructie-
besluit (Stb. 1958, 71), nadere voorschriften geven.
6. Slotbepalingen
Art. 13. 1. De aanwijzing van materiaal, als bedoeld in artikel 2,
derde lid, laatste alinea der wet, geschiedt door de burgemeester
op voorstel van de direkteur of de direkteur gehoord; zij wordt
onverwijld aan de eigenaar of houder medegedeeld.
2. De direkteur houdt aantekening van het ingevolge het eerste lid
aangewezen destructiemateriaal.
Art. 14. Indien de direkteur dan wel de eigenaar of houder van
destructiemateriaal A, sectie van dit destructiemateriaal noodzakelijk
of wenselijk acht, wordt de sectie verricht in een daartoe door de
direkteur aangewezen lokaliteit dan wel in de daarvoor bestemde
ruimte van de destructor. De eigenaar of houder is, indien de sectie
niet aan de destructor geschiedt, verplicht het destructiemateriaal
naar eerstgenoemde lokaliteit te vervoeren of te doen vervoeren.
Art. 15. Deze verordening kan worden aangehaald als "Destructie
verordening voor de gemeente Hoeven" en treedt in
werking met ingang van de dag, volgende op die van haar afkondiging.
Aldus vastgesteld in de
openbare vergadering van
de secretaris, de voorzitter,
Coll.: