up 28 november 1986 werd de gemaakte situatietekening door Grontmij
besproken met gemeentewerken en werd aan Grontmij gevraagd een voorstel
te doen voor het wijzigen van de situatie en een indicatie te geven van de
hieraan verbonden kosten.
Het gevraagde plan werd in de vorm van 2 alternatieven met bijbe
horende kostenramingen op 12 december 1986 door Grontmij aangereikt.
De gemeente is daarna in overleg getreden met een aannemer over het
uit te voeren werk en kwam tot overeenstemming voor een bedrag van
50.400,incl. B.T.W. Op 19 december werd de opdracht voor het
uitvoeren van de omlegging van de leidingen verstrekt.
Na hevige regenval eind december 1986, bleek dat de afvoercapaciteit
van de hemelwater-overkluizing niet optimaal was en dat de overstort
aan de Bovenstraat niet goed functioneerde. Op 2 januari 1987 werd
aan Grontmij opdracht gegeven om een onderzoek in te stellen.
De verminderde afvoercapaciteit van de overkluizing blijkt een gevolg
te zijn van een onjuiste hoogteligging van de gelegde overkluizing.
De toegepaste instroomhoogte werd afgestemd op het feit dat een trans
portleiding van de waterleidingmij met inachtneming van de vereiste
tussenruimte gekruist moest worden.
Voor zover nu bekend is heeft de waterleidingmaatschappij destijds
geen vergunning aangevraagd voor het aanleggen van de leiding en het
kruisen van de sloot.
Door de waterleidingmaatschappij alsnog vergunning aan te laten
vragen, kan de gemeente aangeven op welke diepte de overkluizing ge
kruist kan worden, rekening houdend met de aanleg-diepte van de over
kluizing die gebaseerd is op de hoogteligging van de slootbodem aan
de instroomzijde.
Indien de gemeente voor eigen rekening aan de waterleidingmij zou vragen
om de waterleiding dieper te leggen ter plaatse van de overkluizing,
dient rekening gehouden te worden met een kostenpost van 12.000,
incl. B.T.W.
Volgens het bestek diende de overkluizing de Bovenstraat te kruisen.
Op aanwijzing van de afdeling gemeentewerken is deze wegkruising uit
oogpunt van kostenbesparing komen te vervallen en moest de overkluizing
op een overstortput in de Bovenstraat worden aangesloten. Vanaf deze
put loopt namelijk een buis onder de weg door. Deze oplossing blijkt
in de praktijk echter niet te voldoen, omdat het hemdwater de
riolering instroomt in plaats van onder de Bovenstraat door naar de sloot.
Voor het aanpassen van de bovenvermelde gebreken heeft de Grontmij,
in aansluiting op het reeds gemaakte plan, een wijzigingsplan met
bijbehorende kostenraming gemaakt van a.) het wijzigen van de situatie
bij de overstortput en het alsnog maken van de wegkruising in de
Bovenstraat en b.) het verlagen van het eerste deel van de over
kluizing.
De kosten voor deze aanvullende werkzaamheden worden geraamd op
23.400,incl. B.T.W., (zonder aanpassing van de waterleiding).
In de vermelde bedragen voor de uitvoering van de werkzaamheden zijn
niet begrepen de kosten voor toezicht op de uitvoering.
-Deze-