GEMEENTE HOEVEN Agendanr.: 10. Raadsvergadering d.d. 9 juli 1987. Onderwerp: Voorstel tot het instemmen met het eindadvies inzake een nieuwe instelling voor basiseducatie en een intergemeentelijke samenwerking. Hoeven, 5 juni 1987. In de vergadering van 29 januari 1987 besloot uw raad in te stemmen met een regionale samenwerking van de gemeenten behorend tot het Streekgewest Westelijk Noord-Brabant voor de uitvoering van de basiseducatie in deze regio. Binnen het raam van dat besluit werd tevens besloten daarbij een aantal uitgangspunten te hanteren. Met uitzondering van Rucphen en Oudenbosch namen ook de gemeenteraden van de andere streekgewestgemeenten soortgelijke besluiten. Een breed samengestelde werkgroep, die op 21 januari 1987 werd geïnstalleerd heeft de invoering van een nieuwe regionale instelling voor basis educatie en de daarvoor benodigde intergemeentelijke samenwerking voorbereid. Op 29 april j.l. bracht de werkgroep haar eindadvies uit. Dit eindadvies wordt op de pagina's 55 tot en met 58 afgesloten met een 20-tal aanbevelingen. Op de belangrijkste van deze aanbevelingen wordt in het onderstaande ingegaan. De keuze voor onderstaande punten is grotendeels afgeleid van de taakomschrijving van de werkgroep op pagina 2 en 3 van het eindadvies. Relatie vereniging Ons Middelbaar Ónderwijs (P.M.O.en Regionale Instelling voor Basiseducatie Westelijk Noord-Brabant. De werkgroep beveelt aan de regionale instelling te laten ressorteren onder O.M.O.De werkgroep heeft voor deze structuur gekozen op grond van een aantal financiële en inhoudelijke overwegingen. O.M.O. is een vereniging die qua personeel en organisatorische voor zieningen adequaat is toegerust an een groot aantal onderwijsinstellingen, waaronder instellingen op het gebied van volwasseneneducatie en voorlopers van basiseducatie in Noord-Brabant op een gekwalificeerde wijze administratief en onderwijskundig te ondersteunen. Door gebruik te maken van de bestaande uitrusting van O.M.O. is de administratieve, organisatorische en onderwijskundige ondersteuning, vergeleken met een konstruktie waarbij de instelling voor basiseducatie deze deskundigheid zelf moet aantrekken, relatief goedkoop. Met O.M.O. is overleg gevoerd over aansluiting bij deze vereniging. Wanneer de regionale instelling onder O.M.O. gaat ressorteren, zal het regionaal bestuur in zeer grote mate inhoudelijk autonoom kunnen functioneren. In de nieuwe statuten zal deze autonomie van de regionale instelling geformaliseerd worden. De regionale instelling is vrij in haar keuze voor een bepaalde signatuur. De werkgroep is voorstander van een regionale instelling basiseducatie met een algemeen dan wel neutraal karakter. Ofschoon daar nu niet van uitgegaan wordt, heeft de regionale instelling de vrijheid zich in de toekomst weer los van O.M.O. te maken. Van het totale aantal van 17 bestaande instellingen die aangemerkt kunnen worden als zogenaamde voorloper in deze regio zijn er 3 instellingen (V.J.V. centra den Diesel, den Singel en Spuit 12) die in diverse brieven hebben aangegeven de aanbeveling van de werkgroep om de regionale instelling voor basiseducatie te laten ressorteren onder O.M.O. niet te delen. Dit ondanks dat men als onderscheiden V.J.V. centra de principiële bereidheid heeft uitgesproken deel te willen nemen aan de regionale werkgroep en in feite daarmee ook de doelstelling om te komen tot een regionale instelling heeft onderschreven. -Met-

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1987 | | pagina 322