I
gezinnen heeft ondergaan ten opzichte van 1 januari van het vooraf
gaande jaar en afgerond op een veelvoud van 10,—.
De aangepaste bedragen treden in de plaats van de in het eerste,
tweede en vierde lid, genoemde bedragen van 200,—.
Artikel 22: Financiële draagkracht
1 Indien de afstand van de woning van de leerling naar de dichtstbij
zijnde voor hem toegankelijke school voor basisonderwijs, onder
wijs aan kinderen met leer- en opvoedingsmoeilijkheden dan wel
onderwijs aan moeilijk lerende kinderen meer bedraagt dan 20 km
wordt de - met inachtneming van het bepaalde in artikel 21 - vastge
stelde vergoeding, verminderd met een van de financiële draag
kracht van de ouders afhankelijk bedrag.
2 Ingeval toepassing wordt gegeven aan artikel 2, tweede lid, en de
afstand van de woning van de leerling naar dé dichtstbijzijnde voor
hem toegankelijke school voor basisonderwijs, onderwijs aan kinde
ren met leer- en opvoedingsmoeilijkheden dan wel onderwijs aan
moeilijk lerende kinderen meer bedraagt dan 20 km, betalen de ou
ders, naast de in artikel 21 bedoelde bijdrage, een van de financiële
draagkracht afhankelijke bijdrage tot ten hoogste het bedrag van de
kosten van het vervoer.
3 Voor de berekening van het van de financiële draagkracht van de
ouders afhankelijke bedrag, onderscheidelijk van de van de financië
le draagkracht van de ouders afhankelijke bijdrage hanteren burge
meester en wethouders de formule:
BI-(BV pxNK)
bedrag/bijdrage
4 In de in het vorige lid bedoelde formule wordt verstaan onder:
BI: Het belastbaar inkomen van de ouders.
BV: Bijdrage vrije voet, vastgesteld overeenkomstig artikel 21 der
de lid van de Wet .op de studiefinanciering,
p: Het aantal kinderen op 1 augustus van het desbetreffende
schooljaar waarvoor kinderbijslag wordt genoten, met dien
verstande dat:
- kinderentot12jaargeldenals1 telkind;
- kinderen van 12 jaar en ouder, waarvoor kinderbijslag wordt
genoten, gelden als 2 telkinderen.
NK: Normbedrag kosten per kind, waarvoor kinderbijslag wordt
genoten, voor het schooljaar 1987-1988 vastgesteld op
3600,— en vervolgens jaarlijks te verhogen met f 100,—.
16: Het 1/16 deel van het omgerekende gezinsbudget te besteden
aan vervoerkosten.