GEMEENTE HOEVEN Agendanummer9 Raadsvergadering d.d. 9 juli 1987 Onderwerp: Voorstel tot intrekking van het op grond van art. 13 van de Lager- onderwijswet 1920 vastgestelde besluit d.d. 25 januari 1979 en tot vaststelling van de "Verordening leerlingenvervoer gemeente Hoeven" Hoeven, 5 juni 1987 Momenteel wordt bij beslissingen inzake schoolvervoer uitgegaan van artikel 13 van de Lager- onderwijswet 1920, de circulaires ter zake en de vigerende jurisprudentie. Met ingang van 1 augustus 1987 zal de "Wet gemeentelijke regelingen leerlingenvervoer", waarbij artikel 45 van de "Wet op het basisonderwijs" (W.B.O.en artikel 54 van de "Interimwet Speciaal Onderwijs en Voortgezet Speciaal Onderwijs" (I.S.O.V.S.O.worden gewijzigd, in werking treden. Genoemde wet geeft de gemeenteraad de opdracht een regeling vast te stellen, waarin de aanspraken van ouders van in Hoeven verblijvende leerlingen worden vastgelegd op een gehele of gedeeltelijke vergoeding van de door burgemeester en wethouders ten behoeve van het schoolbezoek noodzakelijk te achten vervoerskosten. Ons college is belast met de uitvoering van deze regeling. Door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten is ter zake een modelverordening opgesteld, welke naar onze mening ongewijzigd kan worden vastgesteld. Zij voldoet aan de in de "Wet gemeentelijke regelingen leerlingen vervoer" gestelde voorwaarden, te weten: - er mag geen onderscheid gemaakt worden tussen openbaar en bijzonder onderwijs; - de op godsdienst of levensbeschouwing van de ouders berustende keuze van een school dient geëerbiedigd te worden; - het vervoer dient zodanig geregeld te worden dat de leerling in de gelegenheid wordt gesteld op een voor hem passende wijze de school te bereiken. De bijgevoegde concept-verordening verschilt in enige mate van de momenteel gehanteerde regeling. Zo bestaat er ingevolge artikel 13 van de Lager-onderwijswet geen recht op een tegemoetkoming in de vervoerskosten wanneer de afstand tussen de school, en de woning van de leerling kleiner is dan 4 km. Dit criterium geldt alleen voor het basisonderwijs. Ingevolge de nieuwe regeling geldt het afstandscriterium voor zowel het basisonderwijs als het (voortgezet) speciaal onderwijs. De kilometergrens is met betrekking tot het basisonderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs bepaald op 4 km. en met betrekking tot het speciaal, onderwijs op 2 km. Verder wordt in de nieuwe verordening geregeld, dat ten aanzien van ouders van leerlingen die een school voor basisonderwijs danwel een school voor onderwijs aan kinderen met leer-en opvoedingsmoeilijk heden (L.O.M.of een school voor onderwijs aan moeilijk lerende kinderen (M.L.K.bezoeken, wier belastbaar inkomen meer bedraagt dan 27000,- per jaar, slechts een vergoeding wordt verleend voorzover -de-

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1987 | | pagina 308