-7-
Artikel 12
De opsporing van de in artikel 11 strafbaar gestelde
feiten is, behalve aan de in artikel 141 van het
Wetboek van strafvordering genoemde opsporingsambtenaren,
opgedragen aan hen die door burgemeester en wethouders
met de zorg voor de naleving van deze verordening
zijn belast, ieder voor zover het de feiten betreft die
in de aanwijzing zijn vermeld.
Artikel 13
Zo dikwijls de zorg voor de naleving van het bij of
krachtens deze verordening bepaalde dit vereist,
wordt de bevoegdheid te allen tijde de speelautomatenhal,
desnoods tegen de wil van de rechthebbende of gebruiker,
te betreden verleend aan de ambtenaren:
a. die en voor zover zij door het bevoegd gezag belast
zijn met de uitvoering van bestuursdwang ter handhaving
van het bepaalde bij of krachtens deze verordening;
b. die en voor zover zij door het bevoegd gezag belast
zijn met het toezicht op de naleving van het bepaalde
bij of krachtens deze verordening;
c. die en voor zover zij belast zijn met de opsporing
van overtredingen van het bepaalde bij of krachtens
oeze verordening.
Artikel 14
Vergunningen die vóór de inwerktreding van deze verordening
zijn verleend voor het exploiteren van een speelautoma
tenhal blijven van kracht tot de datum waarop zij -eventueel
na verlenging- aflopen, doch uiterlijk tot 1 december 1988.
Toelichting: De tekst van deze bepaling met betrekking tot het
overgangsrecht sluit aan bij het nieuwe regime,
waarin is opgenomen dat de verleende oude vergunningen
nog 24 maanden van kracht blijven na de inwerking
treding van deze nieuwe regels.
Artikel 15.
Deze verordening kan worden aangehaald als de "Verordening speel-
automatenhallen gemeente Hoeven 1987".
Aldus vastgesteld door de raad in zijn openbare
vergadering van
de raad voornoemd,
de secretaris, de voorzitter,