Naar de mening van ons college behoren de methodieken genoemd onder b) en c) niet te worden toegepast. Een gedeelte der lasten van de kampeer- en slaapterreinen wordt dan immers verlegd naar alle deelnemende gemeenten, ook die gemeenten die er geen voordelen van hebben in de vorm van staangelden en huren. De onder a) genoemde methode is naar ons oordeel de enige juiste verdeelwijze van de investeringen. Dit standpunt is bij brief van 7 februari j.l. ook aan het algemeen bestuur van het Woonwagenschap ter kennis gebracht. Ook in de vergadering van het algemeen bestuur d.d. 8 september 1986 is door de vertegen woordiger van onze gemeente naar voren gebracht dat slechts de overdracht tegen werkelijke boekwaarde juist wordt geacht. In deze laatste vergadering is ondermeer het voorstel om over te dragen tegen werkelijke boekwaarde in stemming gebracht. Dit voorstel werd verworpen. Ten aanzien van het door het dage lijks bestuur opgestelde ontwerp-voorstel (methode c) waren alle van de 28 uitgebrachte stemmen vóór, zodat besloten werd dit voorstel aan de deelnemende gemeenten voor te leggen. Ondanks het feit dat overdracht volgens methode c) voor onze gemeente nadeliger is dan volgens methode a), zal opheffing uiteindelijk toch voor de gemeente financieel aantrekkelijk zijn. De totale jaarlijkse netto-kosten, inclusief de lasten van de investeringen, zullen beneden de bijdrage aan het woonwagenschap blijven, welke voor 1987 geraamd was op 31-200, Gezien het vorenstaande moge wij uw raad verzoeken te besluiten tot opheffing van het Woonwagenschap Westelijk Noord-Brabant conform het in het agenda-dossier ter inzage liggende ontwerp besluit. De overige op dit voorstel betrekking hebbende stukken liggen eveneens voor u in het agendadossier ter inzage. De commissie Ruimtelijke Ordening, Volkshuisvesting en Financiën is gehoord en kan zich met ons voorstel verenigen. Burgemeester en wethouders van Hoeven. A.F.W. Osterloh, burgemeester. K.C.M. van de Pol, secretaris.

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1986 | | pagina 411