- 5 drag van het laatstelijk voor het ontslag aan de dienstbe trekking verbonden wedde, bedoeld in de ontwerp-wachtgeld- regeling, vastgesteld in het centraal overleg, bedoeld in artikel 1, lid 1, onder n., jaarlijks gewijzigd overeenkom stig in de loop van het jaar aangebrachte wijzigingen in de bezoldiging van de deelnemers, welke een algemeen karakter dragen; ra. voor degene, op wie meer dan een van de voorgaande bepalin gen uit dit tweede lid gelijktijdig van toepassing is, als mede voor degene, voor wie uit het onder a. t/m 1. bepaalde geen heffingsgrondslag kan worden afgeleid, een door het bestuur zoveel mogelijk met inachtneming van het hiervoor bepaalde, vast te stellen bedrag; n. waar in de bepalingen onder d. t/m j. wordt gesproken van ambtelijk inkomen, als bedoeld in artikel C 1 van de Algeme ne burgerlijke pensioenwet, wordt daaronder verstaan het naar een volledige betrekking herleide ambtelijk inkomen (inclusief vakantietoeslag) in de laatste volle maand, voor afgaande aan de datum van ingang van het wachtgeld, de uit kering, het pensioen, de uittreding of de opheffing, vervol gens aangepast met de wijzingingen in de bezoldiging van het Rijkspersoneel, welke een algemeen karakter dragen." 2. Het vierde lid komt te luiden: "4. Voor de berekening van de bijdrage, bedoeld in het eerste lid, blijft buiten beschouwing hetgeen de in het desbetreffende ka- 11 lenderjaar te ontvangen bezoldiging meer bedraagt dan de maxi- imam wedde (inclusief vakantietoeslag) genoemd in schaal 9 van bijlage B van het B.B.R.A. 1984 bij een volledige betrekking" 3. Het derde en zevende lid vervallen. 4. Het vierde, vijfde, zesde en achtste lid worden vernummerd tot derde, vierde, vijfde en zesde lid. 5. In het tot zesde lid vernummerde achtste lid van artikel 10 wordt voor "bedoeld in het zesde lid" gelezen "bedoeld in het vijfde lid". artikel V. Artikel 36, tweede lid, vervalt.

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1986 | | pagina 406