I GEMEENTE HOEVEN I Hoeven, 29 augustus 1986. Notitie met betrekking tot de gewijzigde regelgeving op het terrein van de Ruimtelijke Ordening. Op 1 juli 1986 zijn de gewijzigde bepalingen van de wet en het besluit op de ruimtelijke ordening, welke rechtstreeks voor de ge meenten en de burgers van belang zijn, inwerking getreden. De be palingen over het rijks- en provinciaal beleid zijn al op 1 maart inwerking getreden. De wijzigingen hebben geresulteerd in een grondig vernieuwde wet en besluit Het leek ons college zinvol de raadsleden een korte beschouwing van de wijzigingen te geven. De ruimtelijke ordening is in de loop der jaren immers een steeds belangrijkere positie gaan innemen binnen het gemeentelijk beleid. Het op de hoogte zijn met de formele regels is tevens noodzake lijk om te komen tot een juiste besluitvorming. Doelstelling van de nieuwe regelgeving. Het grote bezwaar van de oude regelgeving is dat de voorgeschreven aanpak leidt tot te starre bestemmingsplannen, die volgens een te lange procedure tot stand moeten komen. Er kan niet genoeg flexibiliteit worden ingebouwd. Dat heeft ook weer tot gevolg, dat al snel na het van kracht worden van nieuwe bestemmingsplannen naar artikel 19-procedures wordt gegrepen: de overbekende regeling om in afwijking van een geldend be stemmingsplan - via een bepaalde anticipatieprocedure - toch bouwver gunning te kunnen verlenen. Hierdoor is een zeer ad hoe ruimtelijk beleid gegroeid, waaraan de nieuwe wettelijke voorschriften een einde proberen te maken. De gehele geest van de nieuwe bepalingen ademt de sfeer van meer flexibiliteit, meer globale regels en een terugtreden van de overheid in het kader van de deregulering. Nieuwe opzet voor bestemmingsplannen. a.) Onderzoek. Aan het opstellen van een bestemmingsplan gaat onderzoek vooraf. Bijvoorbeeld een bodemonderzoek, akoestisch onderzoek, een dis tributie-planologisch onderzoek en niet in de laatste plaats een onderzoek naar de uitvoerbaarheid. De bepalingen ten aanzien van het in te stellen onderzoek zijn vereenvoudigd. De onderwerpen die voor onderzoek in aanmerking komen zijn in het Besluit op de ruimtelijke ordening 1985 niet meer met zoveel woorden genoemd. Het is de verantwoordelijkheid van de gemeente om zelf het onder zoek, zowel qua omvang als qua diepte, zodanig te richten dat op de meest doelmatige wijze de benodigde basisgegevens worden ver kregen. b.) Vooroverleg. Het wettelijk voorgeschreven vooroverleg met de diverse instanties, waaronder de P.P.G. heeft een funktionelere opzet gekregen. -Over-

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1986 | | pagina 310