GEMEENTE HOEVEN
Agendanr. 11Raadsvergadering d.d. 10 juli 1986.
Onderwerp: forste! tot beoordeling van het verzoek van de Stiohting Katho-
het sneeHok 1 a voo in de eerste inrichting van
speellokaal van de Mariabasisschool art. 70 W.B.O.).
Hoeven, 20 juni 1986.
Van het bestuur van de Stichting Katholiek Onderwijs Hoeven
te Hoeven is op 24 maart 1986 een verzoek ingevolge artikel 70 W.B.O.
(Wet op het basisonderwijs) binnengekomen, gedateerd 20 maart 1986,
om medewerking te verlenen voor de eerste inrichting van een speellokaal
van de geïntegreerde Mariabasisschool te Hoeven. Ingevolge het derde
lid van dat artikel dient u tot een oordeel over de noodzaak van de
gevraagde voorziening te besluiten, waarna uw oordeel met het verzoek
om bekostiging bij de minister wordt ingediend, die hierop een beslis
sing moet nemen.
Volgens de 0.W.B.O. (Overgangswet Wet op het basisonderwijs)
wordt de inventaris, die gebruikt werd voor de kleuterschool en/of
de lagere school, geacht te voldoen aan de normen van de inventaris
van de basisschool. Normaal gesproken zou de Mariabasisschool over
inrichting van een speellokaal moeten beschikken, omdat deze is gevormd
uit de voormalige Mariascholen voor kleuter- en lager onderwijs.
De Mariakleuterschool heeft echter nooit de beschikking gehad over
een speellokaal met de daarbij behorende inventaris.
Zoals u bekend zal zijn heeft er met toestemming van het Ministerie
van Onderwijs en Wetenschappen, aan de Mariaschool een integratie-
verbouwing plaatsgevonden, waarin tevens de realisering van een speel
lokaal was begrepen. Deze integratieverbouwing komt uiteindelijk
voor rekening van het rijk. De eerste inrichting van dit speellokaal
blijkt echter niet in de verklaring van toestemming voor de integratie-
verbouwing te zijn opgenomen, omdat het ministerie er van uit is gegaan
dat de basisschool hierover al de beschikking zou hebben.
Er zijn ook geen overtollige inrichtingen van speellokalen
- voorhanden -
