II
II
I»
-6-
Hij/zij dient ons rijke verenigingsleven een warm hart toe te
dragen en daadwerkelijk te willen promoten.
Hij/zij dient een goede omgang met de bevolking in de beide kerk
dorpen te onderhouden.
Contacten n?.et Provincie en landelijk bestuur.
Een goede relatie met de hogere overheid moet gebaseerd zijn op
inhoudelijke argumenten, juiste procedures en intensief overleg.
Een goede burgemeester moet dat beheersen en stimuleren, te meer
omdat hij/zij in het college de enige "full-time"-bestuurder is.
Vertegenwoordiging in buitengemeentelijke organisaties.
In beginsel bestaat hier geen bezwaar tegen, maar de werkzaamheden
die uit de nevenfuncties voortvloeien mogen niet in conflict komen
met het gemeentelijk belang. De raad stelt het op prijs over neven
functies geïnformeerd te worden.
Politieke overtuiging.
Van de vijf fracties behoren er drie tot een landelijk politieke
partij. Het behoeft geen nader betoog dat iedere landelijke partij
een burgemeester uit eigen politieke gelederen wenst, doch onze
verwachtingen snijden zich meer toe op bekwaamheid en geschiktheid
voor deze functie dan op politieke gezindheid.
Typisch plaatselijke wensen.
Bereidheid tot het maken van een goede afweging tussen de recreatieve
(bovenlokale) ontwikkeling van Hoeven en de belangen van de eigen
bevolking en onze natuur.
De burgemeester moet bereid zijn tot het aanvaarden van een of meer
dere portefeuilles binnen het college van B. en W. en hij/zij dient
bereid te zijn de gemeente te vertegenwoordigen in besturen van
gemeenschappelijke regelingen.
Als richtlijn dient de burgemeester dan eveneens het beleidsprogramma
in hoofdlijnen te hanteren.
-Hij/zij-