GEMEENTE HOEVEN
Agendanr. 9- Raadsvergadering d.d. 29 augustus 1985.
Onderwerp: Voorstel tot het bepalen van een standpunt met betrekking tot mogelijke
voortzetting van het bevolkingsonderzoek op baarmoederhalskanker.
HOEVEN, 23 augustus 1985.
Mede naar aanleiding van de reakties van de samenwerkende gemeenten
heeft de gewestraad van het Streekgewest Westelijk Noord-Brabant in
september 1984 besloten het bevolkingsonderzoek op baarmoederhalskanker
- zonder rijkssubsidie - voort te zetten voor 1985.
Ook uw raad heeft in de vergadering van 30 augustus 1984 besloten
om in te stemmen met de voortzetting van het onderzoek.
Deze besluitvorming heeft plaatsgevonden omdat verwacht werd dat in
1985 een landelijke regeling zou zijn getroffen voor de integratie van
het bevolkingsonderzoek in de kuratieve sektor.
Blijkens recente informatie van het Ministerie van W.V.C. aan de
gewestelijke gezondheidsdienst kunnen eveneens als vorig jaar geen
definitieve mededelingen worden gedaan over de omstandigheden, waaronder
het onderzoek bij de huisartsen zal plaatsvinden.
Het ziet er dan ook thans niet naar uit dat de integratie van het
bevolkingsonderzoek in de kuratieve sektor op korte termijn een feit
zal zijn.
Het Streekgewest stelt daarom wederom de vraag of de organisatie van
een bevolkingsonderzoek op baarmoederhalskanker nog wel een taak is
voor het Streekgewest, c.q. de gemeenten nu de rijksoverheid reeds
eerder heeft gesteld dat dit onderzoek thuishoort bij de huisartsen.
Thans wordt evenals in de 2 voorafgaande jaren aan de samen
werkende gemeenten verzocht hierover hun standpunt te bepalen.
Alhoewel het bevolkingsonderzoek op baarmoederhalskanker in wezen
niet tot de taakstelling van het gewest behoort, zijn wij van mening
dat in afwachting van een landelijke regeling het onderzoek voorals
nog in 1986 dient te worden voortgezet.
Uitgaande van de kosten op het niveau van 1985 (o.a. bij een eigen
bijdrage van 17,50 en laboratoriumkosten per uitstrijkje 20,
is de bijdrage van de gemeente 1,per inwoner.