-2-
Stap 1: De adviseur biedt de eindrapportage, waarin het voorstel voor
(een) lokatiekeuze(n) is vervat, na bespreking in de ambtelijke
werkgroep en de bestuurlijke begeleidingscommissie afvalver
werking aan het dagelijks bestuur aan.
Stap 2: Het dagelijks bestuur biedt de eindrapportage aan de gewestraad
aan met het voorstel een of twee lokaties te kiezen als regio
nale stortplaats(en) De commissie van advies en bijstand voor
milieuzaken en het college van advies en bijstand worden over
dit voorstel gehoord. De gewestraad besluit over de vraag, of
het onderzoeksrapport beantwoordt aan de opdracht. De gewest
raad neemt een voorlopig besluit over de lokatie(s) en legt dat
voorlopig besluit voor aan de gemeenten.
Stap 3: De raden krijgen gedurende drie volle maanden de gelegenheid
schriftelijk te reageren op het eindrapport en op de door de gewestraad
voorgestelde lokatiekeuze. Ook belangenorganisaties en de bevolking
krijgen door middel van inspraak de gelegenheid te reageren op het
eindrapport en de door de gewestraad voorgestelde lokatiekeuze.
Stap 4: De gewestraad konstateert vervolgens:
a. dat alle gemeenten instemmen met de lokatiekeuze en willen
meewerken aan de realisering er van en dat ook de inspraak
geen overwegende bezwaren tegen de lokatiekeuze heeft opge
leverd
Toelichting: In dat geval kan de procedure hiermee worden
afgerond. De volgende stappen behoeven dan niet
meer gezet te worden. In nauw overleg met de
betrokken gemeentebesturen kan de realisering
van de lokatie(s) dan worden voorbereid.
b. dat één of meer gemeenten de lokatiekeuze niet aksepteren
en niet bereid zijn mee te werken aan de realisering er van.
In dat geval wordt de procedure vervolgd met stap 5.
Stap 5: De gewestraad heroverweegt zijn keuze, nadat het dagelijks bestuur
de besturen van de betrokken gemeenten in de gelegenheid heeft
gesteld de schriftelijke bezwaren mondeling toe te lichten.
-Stap 6:-