-2- Spreker wenst de heer Wijnen (V.V.D.) en zijn familie, mede namens de raad, kracht en sterkte toe in deze moeilijke dagen en betuigt zijn oprechte deelneming. Het lot wijst de heer Nuijten aan om bij voorkomende stemming het eerst zijn stem uit te brengen. 2.Vaststelling van de notulen. De notulen van de openbare vergadering van 26 februari 1981 worden zonder hoofdelijke stemming ongewijzigd vastgesteld. De heer Buijs (P.v.d.A.)verwijst naar het gestelde op pagina 7, punt 4, en vraagt om in het vervolg weer als regel in "Het Kompas" te vergaderen. Hij motiveert dit verzoek door te stellen dat daar door het aantal belangstellenden zal vermeerderen en dat de brandveiligheid van de raadszaal discutabel is. De voorzitter antwoordt hierop, dat de raad nog niet zo lang geleden bij meerderheid van stemmen heeft besloten om in de raadszaal te vergaderen, zulks conform het reglement van orde voor de vergaderingen van de gemeenteraad. Zolang er vanuit de raad geen ander voorstel komt, houdt het college zich aan bedoeld raadsbesluit, tenzij er een mededeling wordt ontvangen dat het aantal belangstellenden voor een bepaalde vergadering zo groot zal zijn dat men deze niet in de raadszaal kan ontvangen. 3Ingekomen stukken Zonder hoofdelijke stemming worden de ingekomen stukken, vermeld onder de nummers 1 t/m 3, voor kennisgeving aangenomen en wordt tevens besloten geen bezwaar in te dienen tegen het ingekomen stuk, vermeld onder nummer 4. Hierna stelt de voorzitter het ingekomen stuk nummer 3 aan de orde. -De- -3- De heer Buijtendijk (V.V.D.) betrekt de ingekomen stukken 5 en 6 in zijn betoog en merkt ten aanzien van het stuk nummer 6 op, dat de heer Bol op 30 november 1980 gevraagd heeft om het be stemmingsplan te wijzigen. Ten aanzien van de concept-antwoordbrief merkt spreker op, dat deze erg eenvoudig is en dat hij zich niet kan voorstellen dat er 4 maanden nodig waren om die brief te formuleren. Spreker zegt te twijfelen aan een snelle en adequate beantwoording van ingekomen brieven. Spreker stelt dat dat zelfde speelt bij de ingekomen brief nummer 5 van Graaf Moretus B.V., waarbij de advocaat van die B.V. een reactie geeft op een eerder ontvangen brief, waarin inderdaad weinig relevante informatie wordt gegeven. Spreker dringt aan op een snelle en adequate afhandeling van brieven, waarbij het college zich zou moeten ver plaatsen in degene die een brief geschreven heeft. De voorzitter antwoordt hierop dat deze gedachten meegenomen zullen worden en dat in de beide aangehaalde kwesties betrokkenen monde ling uitvoerig mét de gang van zaken op de hoogte zijn gesteld. De geformuleerde antwoorden zijn conform de voorschriften van het bestemmingsplan De heer Buijs (P.v.d.A.) merkt op dat de beantwoording van de inge komen brief nummer 6, een typisch voorbeeld vormt van hetgeen hij heeft bedoeld met zijn opmerking bij de algemene beschouwingen. Er is voor de beantwoording enige tijd nodig geweest in verband met advisering door deskundigen. Het college had dus een brief kunnen sturen waarin melding werd gemaakt wat er met de ingekomen brief zou gaan gebeuren en hoeveel tijd men dacht nodig te hebben om hem te beantwoorden. Spreker sluit zich aan bij de opmerking van de vorige spreker over de inhoud van de brief aan Graaf Moretus B.V., want de brief van het college is te kort en nietszeggend. Spreker zegt het inhoudelijk eens te zijn met de beslissingen van het college met betrekking tot de brieven 5 en 6, maar stelt dat deze besluiten beter moeten worden toegelicht en verantwoord. Daarmee worden dit soort besluiten ook eerder geaccepteerd. -Hierna-

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1981 | | pagina 85