GEMEENTE HOEVEN
-2-
School
Aantal
leerlingen
Bedrag per leerling
Vergoeding
Mariaschool 281 2/3
De Reuzelaar 302 2/3
H.Hartschool 212
369,40 35,35 404,75 114.004,59
idem - 122.504,33
idem - 85.807,
Totaal
O.G.B.
1.374,—
- 2.520,—
- 1.473,—
_796^1/3____
Totaal
115.378,59
- 125.024,33
- 87.280,—
====AAMi25===__
Voorschot
113.027,28
- 127.037,82
- 85.679,80
Verschil
2.351,31 bij
- 2.013,49 af
- 1.600,20 bij
jf_5.367i=;;f_322iP2i9|_=__=___=f_||§i2444|g___________f_ii2||ig2_
Overeenkomstig de wet zijn in 1980 op verzoek van de school
besturen voorschotten verleend, die vanzelfsprekend met de
definitieve vergoeding moeten worden verrekend, zoals in
bovenvermelde cijferopstelling is aangegeven.
Wij stellen u voor, overeenkomstig het boven'staande te besluiten.
Een ontwerp-besluit ligt in het agendadossier ter inzage.
De commissie algemene zaken is gehoord.
Burgemeester en wethouders van Hoeven,
van Eekelen, loco-burgemeester.
Vergouwen, secretaris.
t)
R.
,Hg.
Agendanr. :6.
Raadsvergadering d.d. 29 januari 1981.
^^7X^1 tot vaststelling van het bedrag per leerling voor 1981
(art. 101).
HOEVEN,
Op grond van het vijfde lid van artikel 101 van de Lager-
onderwijswet 1920 moet uw. raad vóór 1 maart 1981 het bedrag vaststellen,
dat in 1981 per leerling beschikbaar gesteld zal worden ter bestrijding
van de kosten van de lagere scholen, uitgezonderd de jaarwedden van de
leerkrachten. De gemeente moet bovendien het bedrag van de onroerend-
goedbelastingen vergoeden.
Daarnaast moet uw raad, op grond van het achtste lid van genoemd
wetsartikel, een bedrag vaststellen voor de bestrijding van
de administratiekosten. Dit bedrag mag niet lager zijn dan het
bedrag dat de Minister van Onderwijs en Wetenschappen jaarlijks
vaststelt. Voor 1981 is dit bodembedrag voorlopig bepaald op
36,50 per leerling.
Zoals gebruikelijk hebben wij de schoolbesturen gevraagd, hun
begrotingen voor het nieuwe jaar in te dienen. De sehoolbegrotingen
liggen bij de stukken ter inzage.
Het schoolbestuur te Hoeven raamt de vergoeding per leerling,
exclusief administratiekosten, op 411,09. Het schoolbestuur te
Bosschenhoofd komt in zijn begroting op 443,80 per leerling.
De lagere school in Bosschenhoofd telt 9 lokalen, waarvan er 8 als
leslokaal in gebruik zijn. Aangezien de school relatief weinig
leerlingen telt - per 16 oktober 1980 200 - kan naar. ons oordeel
worden gezegd, dat de school in bijzondere omstandigheden verkeert.
Op grond hiervan kan het schoolbestuur een beroep doen op de
Minister van Onderwijs en Wetenschappen om, met toepassing van
artikel 101-ter van de Wet een hogere vergoeding vast te stellen
die alleen geldt voor de school in Bosschenhoofd.
Ook in het verleden heeft het schoolbestuur een aanvraag als
hierbedoeld bij de Minister ingediend. De laatste (positieve)
beslissing van de bewindsman betrof het jaar 1977.
-Het-