-40- Op het moment dat men ging taxeren kon men niet bepalen of een woning op 1 januari klaar was of niet. Het is best moge lijk dat een aantal panden eerder gereed waren dan was gepland. De heer Broos heeft destijds voor het raadsvoorstel gestemd, dan moet hij ook de gevolgen daarvan accepteren. Incidenteel zullen er wel fouten gemaakt zijn, maar deze zijn hersteld. De heer Buijs (P.v.d.A.) mer;- op dat deze discussie niet aan de orde is en verzoekt het voorstel te volgen. Hierna wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aange nomen. In verband hiermede wordt de 3e wijziging van de gemeente begroting 1981 vastgesteld. De heren Broos, Koevoets, Buijten- dijk (V.V.D.) en Wijnen (V.V.D.) verlangen de aantekening geacht te willen worden tegen het voorstel te hebben gestemd. 15.) Krediet voor het aanbrengen van een abri. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel be sloten. In verband hiermede wordt de 5e wijziging van de gemeentebegroting 1981 vastgesteld. 16Krediet voor uitbreiding van de openbare verlichting in de Pastoor van Breuqelstraat. De heer Buijs (P.v.d.A.) merkt op dat hij twee jaar geleden bij de algemene beschouwingen, evenals de fractie Gemeenschaps belangen, al om dit voorstel heeft gevraagd. Spreker vindt het dan ook overdreven dat het college in het pré- advies zegt dat het uit een oogpunt van verkeersveiligheid aanbe veling verdient reeds nu voorzieningen te treffen. Dat had al jaren geleden moeten gebeuren. De voorzitter antwoordt hierop dat bij de vaststelling van de begroting is toegezegd dat verbetering op korte termijn zou worden nagestreefd. Hierna wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aange nomen. -In- -41- In verband hiermede wordt de 6e wijziging van de gemeente begroting 1981 vastgesteld. 18.) Vragen ingevolge artikel 38 Reglement van Orde. np. heer Buijtendiik (V.V.D.) deelt mede dat het betreft een publicatie in het weekblad, die door het college is opgesteld. Het gaat hem niet om de inhoudelijke inrichting van het woon wagencentrum of de gekozen lokatie. Het gaat over de manier waarop de gemeente voorlichting aan de inwoners verzorgt. In de publicatie staat onder het hoofdstuk: Woonwagenwet 1968: "Hoe goed de bedoelingen van die wet ook "waren, het uiteindelijke doel integratie van de woonwagenbewoners "in de zittende samenleving werd niet bereikt". Onder het hoofdstuk: waar moet een woonwagencentrum gevestigd worden, staat het volgende: "Het huidige woonwagenbeleid van rijk en provincie "gaat er van uit dat woonwagencentra zodanig gesitueerd moeten "zijn, dat zij de woonwagenbewoners een goed woon- en leefklimaat "bieden en hen in staat stellen op normale wijze gebruik te maken "van de dagelijkse voorzieningen, deel te nemen aan het maat schappelijk verkeer en contacten te leggen met de plaatselijke "bevolking". Spreker vraagt hoe het college deze beleids intenties in de praktijk gerealiseerd ziet. Op de tekening staat dat rond de bebouwde kom aan de Ericalaan een afschermende beplanting wordt aangebracht. Afschermen betekent letterlijk: met een scherm omgeven om een ongewenst contact te beletten. Spreker zegt dat dit toch een vergissing moet zijn. Het woonwagencentrum wordt omgeven door een waterloop, vervolgens een hekwerk en tenslotte nog een beplantingssingel. Spreker acht de publikatie in strijd met de intentie van de woonwagen wetgeving en vindt hem bovendien discriminerend. Bovendien roept deze publicatie vooroordelen op of bevestigt die. Vooroordelen worden niet veroorzaakt door contacten met een minderheidsgroep, maar door contacten met de opvattingen daar over Er zal volgens de publikatie op 5 februari 1981 een informatie- en inspraakavond worden gehouden, waarvoor iedereen uit het dorp -is uitgenodigd. -Spreker-

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1981 | | pagina 41