s-
-6-
groeiklasse-indeling massaal zal afwijzen, waarbij hij aantekent dat zijn
fractie het college graag wil informeren over de wijze waarop zo'n onder
zoek uitgevoerd kan worden. Ten aanzien van punt 27, meerjarenplan, merkt
spreker op, dat het college in haar antwoord toch duidelijke toekomst-
gegevens vermeldt, die een aanzet kunnen vormen voor een beleidsnota over
langere termijn.
De heer Wiinen (V.V.D.) vraagt met betrekking tot punt 15, sociaal-culturele
activiteiten, wat het college bedoelt met het feit dat de dépendance van
"St. Frans" nog in een opbouw- en groeistadium verkeert. Spreker zegt dat
men moet streven naar een optimaal gebruik van het gebouw, de lessen en naar
Éi; het terugdringen van de wachttijd. Ten aanzien van punt 19, merkt hij op,
dat het door zijn fractie ingediende verlichtingsplan dubbelwerkend was en
dat een doelmatige verlichting ook een besparing inhoudt. Spreker zegt dat
thans 's nachts lantaarnpalen op de hoeken van de straten uitgaan en anderen
in het midden van de straten blijven branden en hij vraagt wat het college
met het plan van zijn fractie heeft gedaan. Met betrekking tot punt 20, merkt
spreker op dat zijn fractie er mee akkoord kan gaan als er in de toekomst
5 of 7 extra raadsagenda's worden verstrekt en hij stelt daarbij dat als een
sorteermachine inderdaad kostenbesparend werkt deze al aangeschaft had moeten
worden en hij vraagt om een overzicht van de huidige kosten en van die van
een sorteermachine. Met betrekking tot punt 21, droge gymnastiek, vraagt
spreker of het college hierover al contact heeft opgenomen met de school
besturen en de Inspectie. Ten aanzien van punt 22, onderzoek energie
besparing, vraagt hij waarom er in deze geen contact is opgenomen met de
Stichting Katholiek Onderwijs BosschenhoofdOmtrent punt 23, stelt spreker
voor om geen rookartikelen meer aan te schaffen. Ten aanzien van punt 26,
zegt spreker blij te zijn dat het college de suggestie van zijn fractie
omtrent de wijze van notuleren overneemt en dat men graag op korte termijn
dit nieuwe systeem tegemoet ziet.
Naar aanleiding van de antwoorden op de algemene beschouwingen van de
fracties van het C.D.A., van Eekelen-TaksKerstens-Bol en Nuijten, merkt
de heer Kerstens op, dat de gestelde vragen positief zijn behandeld en hij
verzoekt het college met betrekking tot punt 5, snel contact op te nemen
met het bestuur van de Volkssterrewacht, zodat de raad op korte termijn
zal weten waar men aan toe is.
Naar aanleiding van de beantwoording van de vragen van de algemene be
schouwingen van de fractie van de P.v.d.A., merkt de_heer Bui,is (P.v.d.A.)
ten aanzien van punt 1, de bouwvergunningen, op, dat de maatschappij niet
onverdraagzaam is, maar dat de burgers mondiger zijn geworden en dat zij
gebruik maken van rechten die in de wet zijn vastgelegd.
-Spreker
Spreker zegt dat de ambtenaren op deze nieuwe situatie moeten inspelen en hij
verzoekt het optreden van de desbetreffende ambtenaren te analyseren, met name
ook wat betreft de voorlichting en de informatieverstrekking en hierop in een
commissievergadering terug te komen. Spreker zegt zijn bezwaren in deze te
handhaven. Met betrekking tot punt 4, Woningstichting "St. Bernardus", merkt
spreker op dat volkshuisvesting in eerste instantie behoort tot de verantwoorde
lijkheid van de gemeente, maar dat Hoeven deze zonder meer heeft overgedragen
aan de Woningstichting, waarmee hij echter al jaren moeite heeft. Spreker zegt
dat het college een onvoldoende antwoord heeft gegeven omtrent de inbreng
van toekomstige bewoners bij een huisvestingsplan, waartoe echter naar zijn
mening voldoende mogelijkheden zijn en dat men daarop toch recht heeft.
Ten aanzien van punt 5, het verkeerscirculatieplan, zegt spreker dat dit op
korte termijn moet worden vastgesteld, omdat er een aantal concrete urgente
zaken zijn, o.a. afwikkeling van het verkeer op de Bovenstraat, het openbaar
vervoer, de Pastoor van Breugelstraat e.d., die daarom vragen, temeer nog omdat
het nog lang zal duren vooraleer er een uitspraak komt over het studietracé
en men juist door vaststelling van het plan kan laten zien hoe het verkeer
binnen de gemeente moet worden afgewikkeld, waardoor men tevens een sterk
wapen in handen heeft om een standpunt te bepalen over het studietracé.
In verband hiermede dient hij de volgende motie in: "De gemeenteraad van
"Hoeven; in openbare vergadering bijeen op donderdag 17 december 1981;
"gezien het voorstel van B. en W. tot goedkeuring van de aanbiedingsnota
"1982; overwegende dat daarin de vaststelling van het Verkeerscirculatieplan
"(V.C.P.) naar een niet nader bepaalde toekomst wordt verschoven; dat een
"aantal concrete verkeersproblemen vraagt om een snelle vaststelling van dat
zelfde V.C.P.vooral met het oog op een grotere veiligheid van fietsers
"en voetgangers; dat een lange-termijn-studietracé van de provincie geen
"belemmering mag zijn voor vaststelling van een gewenst verkeersplan, dat
"op de korte en middellange termijn is gericht; dat een vastgesteld V.C.P.
"juist voor de gemeente een sterk instrument kan zijn bij de standpuntbe
paling inzake het gewraakte provinciale studietracé, constaterende dat het
"V.C.P. al geruime tijd in ontwerp gereed is; verzoekt het college van
"B. en W. op de kortst mogelijke termijn, waarbij gedacht wordt aan ca. 3
"maanden, dit V.C.P. in verdere procedure te nemen; en gaat over tot de orde
"van de dag".
Spreker merkt hierbij op dat de in de motie genoemde termijn van 3 maanden
bespreekbaar is. Met betrekking tot punt 8, bezuiniging in de welzijns
sector, dient spreker het volgende amendement in: "Amendement C.
"gemeentebegroting 1982, volgnummer 416. Voor de Stichting Buurthuis- en
"Opbouwwerk Hoeven en Bosschenhoofd het voor 1981 geldende subsidiebedrag
"handhaven, zijnde 280.000,
-De-