-14- 7.Vaststelling van het sociaal- cultureel programma 1982 en het subsidie 1982 ten behoeve van de Stichting Openbare Bibliotheek. De heer Buijs (P.v.d.A.) merkt op op eigen verzoek de subsidielijst te hebben ontvangen en dat hij het merkwaardig vindt dat deze discussie gevoerd moest worden aan de hand van een lijst die bij de stukken ter inzage lag. Spreker zegt dat wordt voorgesteld om zowel voor het Buurthuis- en Opbouwwerk als voor de. Bibliotheek een lagere subsidie toe te kennen. In dit verband verwijst hij naar de samenvatting van de beleidsnota waar o.a. staat: "Vergroting van het aantal vrijwilligers- "activiteiten van de opbouwcommissies, vormingscursussen en verbreding "van het bereik van de bibliotheek en St. Frans, dienen de komende 4 jaar "extra aandacht te krijgen". Spreker zegt dat daar dan vervolgens ingegaan wordt op de zaken die pas op de plaats moeten maken en daarna de zaken die een tussenpositie in moeten nemen. Spreker zegt dat de voorstellen daarmee in tegenspraak zijn omdat er bezuinigd wordt op posten waarvoor de raad als beleid heeft gesteld, dat daaraan extra aandacht moet worden gegeven. Spreker acht het terecht dat er in overleg met de besturen na wordt gegaan of hun begrotingen bepaalde "dor hout" situaties vertonen, maar hij acht het onterecht dat het college de besturen oplegt om tot een bepaalde bezuiniging te komen en binnen een bepaald bedrag te blijven, omdat dat in strijd is met het beleid en omdat daarmee de ruimte om nieuwe zaken op te starten, wat hun taak is volgens het sociaal-cultureel plan, volledig te niet wordt gedaan. Spreker zegt dat de Opbouwcommissies thans niets anders kunnen doen dan alle zeilen bijzetten om tot het bedrag van 250.000,te komen en daarmee proberen de zaak op gang te houden. Spreker zegt dit ten aanzien van de bibliotheek minder schrijnend te vinden, omdat de tarieven al zo laag zijn dat, als deze met 1,of 2,worden verhoogd, geen gevolgen zal hebben voor het bereik, maar dat desondanks toch de ruimte gaat ontbreken om eventueel nieuwe dingen op te starten en extra geld uit te geven om campagnes te kunnen voeren om bredere lagen van de bevolking te bereiken. Met betrekking tot de vormingscursussen merkt spreker op, dat deze ook extra aandacht hebben gekregen in de beleidsnota, maar dat thans wordt voorgesteld om subsidie te verlenen voor één V.O.S.-cursus, terwijl in de begroting 1982 daar voor extra ruimte is opgenomen. Spreker zegt dat mep deze subsidie wel kan vaststellen, maar dat men daar gelijk bij moet zeggen dat, als er een 2e cursus gestart kan worden men bereid is daarvoor te betalen. -Tenslotte- -15- Tenslotte vraagt spreker of er nog andere verzoeken zijn gedaan dan die op de lijst staan vermeld en zo ja welke en waarom deze dan niet zijn gehonoreerd. Spreker merkt op het juist te achten dat de commissie welzijnszaken de Vrienden van Seppe aan die lijst heeft toegevoegd. Mevrouw Holtzer verzoekt momenteel nog geen beslissing te nemen over de subsidie voor de bibliotheek, omdat het bestuur daarover op dit moment in vergadering is. De voorzitter deelt mede dat het bestuur van de bibliotheekstichting heeft geschreven dat er een besparing van 3.542,50 is gevonden, zonder dat men daarvoor het beleid moet aanpassen. Spreker zegt dat dit eveneens geldt voor de andere instellingen. Mevrouw Holtzer merkt op dat er een flinke besparing bereikt zou kunnen worden als de bibliotheek van Bosschenhoofd zou vallen onder de bibliotheek van Hoeven. De heer van Lier merkt op dat hoe minder mogelijkheden er zijn hoe groter de prioriteiten worden, maar dat men alleen prioriteiten kan stellen aan de hand van de aanwezige mogelijkheden. Spreker zegt geen moeite te hebben met het voorstel en dat men moet leren leven met de bezuinigingen, dat men daarvan geen misbruik moet maken, maar dat men. juist nu daartoe een aanzet dient te geven. De heer Buijtendijk (V.V.D.) merkt op dat het hard nodig is dat men een aanzet geeft tot bezuiniging en zegt dat zijn fractie in grote lijnen kan meegaan met het sociaal cultureel plan maar het college desondanks te willen verzoeken om de vinger aan de pols te houden. Als voorbeeld noemt spreker St. Frans waar met name 115.000, subsidie wordt verleend voor het onderdeel muziek, hetgeen neerkomt op 1.150,per student. Spreker zegt dat het inderdaad zinvol zou zijn om in overleg met St. Frans de kosten te drukken, zonder dat het pakket wordt aangetast. Ten aanzien van de bibliotheek merkt spreker op dat er een goede bibliotheek moet zijn, maar dat het nominale bedrag van 164.000,hoog is en dat er een kleine aanzet is gegeven tot bezuiniging. Spreker zegt in deze toch ook te denken aan tariefsverhogingen en bezuinigingen, waarbij hij opmerkt dat de inwoners best wat voor cultuur mogen betalen. -De-r

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1981 | | pagina 351