-26-
Wethouder Frijters zegt dat het schoolbestuur in deze het laatste
woord heeft, dus het college kan die zaak alleen in overweging
geven. Voorts deelt spreker mede dat de school in Bosschen-
hoofd al jaren in bijzondere omstandigheden verkeert op grond
waarvan zij steeds een beroep kunnen doen op artikel lOlter
van de L.O.-wet 1920.
Mevrouw Holtzer merkt op dat de verwarming en plafonds in de school
van Bosschenhoofd aan vernieuwing toe zijn.
Wethouder Frijters antwoordt hierop dat dergelijke zaken, zijnde
klein onderhoud,in het bedrag per leerling is begrepen.
Voorts deelt spreker mede dat in de 10?ó verhoging van de be
groting 5?d zit als gevolg van de hogere energieprijzen.
Ook het verhoogde bedrag per leerling kan bij.het rijk worden
doorberekend
Hierna wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aange
nomen
7Verlenen van medewerking voor de inrichting van de speelzaal in
de kleuterschool te Bosschenhoofd.
De heer Buijtendijk (V.V.D.) merkt op dat aan het in gebruik nemén
van een leegstaand schoollokaal geen rechten ontleend zullen
kunnen worden wanneer tot integratie van de scholen wordt
overgegaan.
De heer Buijs (P.v.d.A.) vraagt wat de financiële consequenties
zijn van dit voorstel en of er is onderzocht of aan dat lokaal
eventueel een andere bestemming gegeven had kunnen worden, zoals
bijvoorbeeld een bibliotheekfiliaal.
Wethouder Frijters antwoordt hierop dat het schoolbestuur later
zal verzoeken om een krediet beschikbaar te stellen. Voorts
deelt spreker mede dat het college niet bevoeod is om aan dat
lokaal een andere bestemming te geven omdat dat een zaak is van
het schoolbestuur. Er is dan ook geen onderzoek naar een andere
bestemming ingesteld.
-De-
-27-
Qe heer Buiis (P.v.d.A.deelt mede dat hij nu een beslissing
moet nemen zonder inzicht te hebben in de financiële gevolgen.
Spreker zegt dat hij het voorstel aan het college wenst terug te
geven en dat hij op een dergelijke basis niet met het voorstel
kan instemmen.
Wethouder Frijters antwoordt hierop dat er thans alleen gevraagd
wordt om medewerking te verlenen. Na verleende medewerking wordt
er een begroting opgesteld en wordt de raad voorgesteld een
krediet te voteren.
De heer Koevoets vraagt of de raad straks toch niet geconfronteerd
wordt met het feit dat er al een speellokaal is ingericht. Er
moet eerst toestemming gevraagd worden om dat plan te ontwikkelen.
De voorzitter antwoordt hierop dat de raad, als vervolg op het
thans te nemen raadsbesluit, een nieuw voorstel krijgt voorgelegd
om een krediet te voteren.
De heer Buiis (P.v.d.A.) zegt tegen het voorstel te zijn omdat hij
het nut niet in ziet van een speelzaal en omdat er meer behoefte
is aan een bibliotheekfiliaal.
Hierna wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
De heer Buiis (P.v.d.A.) verlangt de aantekening geacht te
worden tegen het voorstel te hebben gestemd.
8.) Vaststelling rekening 1978 van de Stichting Bosbad Hoeven en tot
voorlopige vaststelling van de rekening 1978 van het Grondbedrijf
en van de qemeenterekeninq 1978.
De heer Bulitendiik (V.V.D.) verwijst naar het accountantsrapport
behorende bij de rekening 1978 van de Stichting Bosbad Hoeven
en zegt dat daaruit blijkt dat de kapitaallasten in 1978 t.o.v.
1977 zijn gestegen met 59.000,— en de bureau- en algemene
kosten met 56.000, De baten waren in 1978 t.o.v. 1977
gestegen met 69.000, De begroting voor de overige recreatieve
voorzieningen bedroeg 234.500, aan baten.
-Er-
