-6- 3.) Subsidieaanvraag Jeugd- en Jongerenservice Roosendaal. Van de Stichting Jeugd- en Jongerenservice is op 30 mei 1980 een verzoek om subsidie ingekomen voor het jaar 1981. Het betreft een aanvraag om bij te dragen in het tekort van boven vermelde Stichting en een aanvraag voor een éénmalige bijdrage in de verbouwingskosten van de kleine Sleep-inn te Roosendaal. In de voorgaande jaren(1979 en 1980)is aan de Stichting een subsidie in het tekort toegekend van 1.000, De Stichting beweegt zich op het terrein van de opvang van ontspoorde jongeren en biedt deze een mogelijkheid wederom met zichzelf en hun omgeving in het reine te komen. Wij achten het werk van deze Stichting, in regionaal verband, belangrijk genoeg om ook voor het jaar 1981 wederom een subsidie toe te kennen. Wij stellen echter voor om het bedrag van de subsidie niet te ver hogen, in verband met de financiële consequenties voor de gemeente. Wij stellen u voor de Stichting voor 1981 een subsidie toe te kennen van 1.000,In gem.begr. (post 396.00) is dit bedrag geraamd. Het verzoek om een eenmalige bijdrage voor de verbouwing van de Kleine sleep-inn te Roosendaal, een van de aktiviteiten van deugd en jongerenservice,dient naar onze mening te worden afgewezen omdat deze aktiviteit ons inziens ten principe self-supporting dient te zijn. Wij stellen u dan ook voor dit subsidieverzoek niet te honoreren. 4.) Subsidieaanvraag Katholieke Stichting Jeugd en Gezin West-Brabant. Op 22 juni 1981 is een subsidieverzoek ingekomen van de Katholieke Stichting voor jeugd en Gezin West-Brabant voor het Jeugdadvies- burowerk 1981. De Stichting, die een voortzetting is van de Katholieke Gezins voogdij, motiveert het Jeugdadviesburowerk als volgt: Tot aan de zestiger jaren heeft de nadruk in de kinderbescherming veelal gelegen op de bescherming van het kind. Hulpverlening werd in het algemeen opgevat als het uitvoeren van de getroffen maatregel. De ontwikkeling binnen de kinderbescherming in de jaren 60 hebben ertoe geleid dat men steeds kritischer werd tegenover het toepassen van een wettelijke kinderbeschermingsmaatregel. De zich ontwikkelende visie beschouwde de maatregel hoogstens als een -voorwaardescheppende-

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1981 | | pagina 283