Met betrekking tot de vraag over de reservering voor verbetering
van ruilverkavelingswegen merkt wethouder van Eekelen op, dat
het hier wegen betreft die reeds zijn gereconstrueerd en waarvoor
de ruilverkaveling nog geen nota heeft ingediend bij de
gemeente voor de bijdrage die wordt verwacht. Spreker zegt
dat er in verband met de krappe financiële ruimte bij de
gemeente bij de ruilverkaveling is aangedrongen
op een uitstel van betaling.
De heer Buijtendijk (V.V.D.) vraagt of de bestèding van de
gelden een bevoegdheid is van het college of van de raad.
Wethouder van Eekelen antwoordt hierop dat dit een bevoegdheid
is van de raad en dat de plaatselijke commissie voor de
ruilverkaveling aan de raad een bijdrage moet vragen in de
kosten van aanleg of reconstructie van wegen.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming conform het
voorstel besloten. In verband hiermede wordt de
14e wijziging van de gemeentebegroting 1981 vastgesteld.
8.Medewerking ex artikel 72 L.O.-wet 1920 H.Hartschool
Bosschenhoofd inzake leer-en werkmateriaal.
De heer Bui'js (P.v.d.A.) merkt op dat er geen begroting
bij de stukken lag.
De voorzitter antwoordt hierop dat dit later aan de orde
komt en dat de raad formeel eerst medewerking dient te
verlenen en in een later stadium een krediet moet voteren.
De heer Koevoets vraagt waarom dit verzoek zo lang is blijven
liggen.
De voorzitter antwoordt hierop dat dit vermoedelijk een
gevolg is van het feit dat er advies is gevraagd van de
inspecteur van het lager onderwijs en dat er wellicht
nadere informaties nodig zijn gei eest van het schoolbestuur.
-De-
- 2J -
De heer Kerstens deelt mede dat zijn fractie akkoord gaat met het
voorstel en vraagt waarom in het pre-advies artikel 75 is aangehaald,
terwijl het toch een aanvrage ex artikel 72 van de L.O.-wet betreft.
De voorzitter antwoordt hierop dat artikel 75 bepaalt waaraan een
aanvrage ex artikel 72 moet voldoen.
De heer Kerstens deelt mede dat het hier een ondeugend verzoek van
het schoolbestuur betreft. Spreker zegt dat het schoolbestuur
schrijft dat de leerlingengroep in de 6e klas de laatste jaren is
gebaseerd op 30, maar dat hij over de laatste 4 jaar op een gemiddelde
komt van bijna 35. Spreker zegt dat er op 15 januari 1981 33 leer
lingen in die klas zaten en dat als de 5e klassers allemaal overgaan
dat er 41 zullen zijn, terwijl er in 1980 45 leerlingen in die
klas zaten, zodat men derhalve nog voor 4 leerlingen materiaal over
heeft. Voort merkt spreker op dat die kosten uit het normale
budget van de school kunnen worden betaald.
Mevrouw Holtzer merkt op dat het hoofd van de school haar heeft
medegedeeld dat er te weinig boeken zijn en dat deze nodig zijn om
fatsoenlijk les te kunnen geven.
De heer Buijtendijk (V.V.D.,) merkt op dat hij van het schoolbestuur
heeft vernomen dat men in het verleden heeft geprobeerd om deze
problemen op te lossen door het lesrooster aan te passen, zodat er
wisselend gebruik kon worden gemaakt van die leermiddelen, maar
dat het rooster om de haverklap verstoord werd. Spreker zegt dan ook
geen enkele moeite te hebben met dit voorstel en dat de kinderen
ongestoord moeten kunnen leren.
Wethouder Prijters deelt mede, dat het schoolbestuur steeds dergelijke
verzoeken kan doen en dat in deze de inspecteur gunstig heeft
geadviseerd. Spreker zegt dat er boeken door het veelvuldig gebruik
uitvallen en dat men zich inderdaad door aanpassing van het
lesrooster heeft proberen te redden. Spreker zegt dat het oude
schoolhoofd de laatste jaren niets meer heeft veranderd en dat het
nieuwe schoolhoofd thans doende is om de zaak aan te passen.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming"conform het voorstel
besloten.
-9.)-