-16-
Spreker zegt dat dit zuiver een feitelijke opmerking is, welke
ook wordt teruggevonden in het bezwaarschrift onder punt 5.
Spreker deelt mede het eens te zijn met het beleid van de
provincie en oneens met het bezwaarschrift wat betreft het
onderdeel recreatie.
De heer Kerstens merkt op dat de gemeente Hoeven 25 jaar geleden
een recreatieve functie kreeg opgedragen tussen de beide
industriekernen Etten-Leur en Oudenbosch. Spreker benadrukt
de recreatieve functie temeer omdat wat in die 25 jaar op
recreatief gebiedis opgebouwd nu moet worden verfijnd om zich
als recreatieve gemeente te kunnen handhaven, want als men
dat niet doet dan zal men als recreatiegemeente verdrinken
in hetgeen men 25 jaar geleden begonnen is. Spreker zegt dat
er een behoorlijke behoudendheid in acht moet worden genomen
ten aanzien van het landschap, omdat er binnen de hekken van
het Bosbad nog zeer vele mogelijkheden zijn tot recreatieve
verfijning, waardoor de functie van Hoeven als recreatie-
gemeente tot ver buiten de Hoevense grenzen kan worden uit
gedragen. Spreker deelt mede dat zijn fractie voorstander is
van de recreatieve functie zoals de gemeente die 25 jaar
geleden kreeg toebedeeld en in kan stemmen met het ontwerp-
bezwaarschrift
De heer Koevoets deelt mede dat zijn fractie uitbreidingen
van de campings van de hand wijst en dat de voor ieder toe
gankelijke terreinen als zodanig gehandhaafd moeten blijven.
Spreker zegt tijdens de commissievergadering de toezegging te
hebben gehad dat bij eventuele uitbreidingen van de campings de raad ter
dege zal worden geïnformeerd omtrent de noodzakelijkheid daar
van.
Voorts deelt spreker mede akkoord te kunnen gaan met het
gestelde over de groeiklasse-indelingSpreker zegt dat bij
de stukken de kleine kernenkrant ter inzage lag en hij stelt
voor dat de raadsleden zich hierop abonneren omdat deze veel
informatie verschaft.
-De-
-17-
De heer Taks merkt op dat men terughoudend is in de ontwikkeling
van de recreatie in de gemeente, maar dat hij daar toch wel iets
ruimer tegenaan kijkt, omdat de recreatieve functie ook een
economisch belang heeft, welke, als men die gaat beknotten en
beperken, een economische teruggang voor de inwoners zal betekenen.
Spreker zegt van mening te zijn dat eventuele uitbreiding van
campings of wat dan ook zeker niet bij voorbaat moet worden
uitgesloten en afgewezen. Voorts deelt spreker mede dat de
inwoners van de gemeente toch liever elders recreëren en het
op grond daarvan niet helemaal eens te zijn met bepaalde meningen
die er vanavond over de recreatie zijn geuit.
De voorzitter deelt mede dat de recreatie natuurlijk
maatschappelijke offers vraagt van de inwoners, maar dat dat nu
eenmaal inherent is aan de taakstelling, waarvan men niet alleen
de positieve maar ook de negatieve gevolgen ondervindt en
moet accepteren.
Spreker zegt dat er inderdaad nogal wat grond in beslag is genomen
voor de recreatie, maar dat het niet zo is dat al die opper
vlakten openbaar toegankelijk geweest zouden zijn, omdat de
ervaring leert dat, als particulieren gronden verwerven zij die
ook afrasteren. Spreker zegt het niet juist te vinden dat de
uitbreidingen op dit moment als einddiscussiepunt worden opgenomen,
omdat het college in het ontwerp-bezwaarschrift heeft bedoeld
te stellen dat het prematuur is om, zoals het Streekplan doet,
de zaak zodanig te beknotten dat de recreatiefunctie vervalt.
Met betrekking tot het basisplan voor de recreatie zegt spreker
zich af te vragen of dat wordt opgehangen aan het vigerende
Streekplan of aan het ontwerp, want als dat laatste het geval
is dan dient de gemeente Hoeven zich af te vragen in hoeverre
aan dat basisplan nog medewerking verleend moet worden.
Spreker zegt dat als het gewest er ook al van uitgaat dat elk
gemeentebestuur zich akkoord verklaart met het ontwerp-
streekplan, het indienen van bezwaar dan weinig effect zal
sorteren. Spreker zegt te hopen dat men daar toch een andere
visie heeft en dat men bij het ontwerpen en de ontwikkeling
van het basisplan van een andere premisse zal uitgaan, want het
-nieuwe-