-12-
Als men wenst dat zijn vraag in het verslag wordt opge
nomen, dan zal de voorzitter van de commissie dat zeker
honoreren. Het college heeft zich afgevraagd wat inderdaad
de effectieve waarde is van het initiatief-voorstel en of
het nou wel elegant is ten opzichte van het Bosbadbestuur
om nu al een besluit te nemen tot intrekking van het raads-
krediet, nu'.de commissie nevenattracties de zaak nog in
onderzoek heeft. De voorzitter bestrijdt dat er sprake was
van een onvoldragen voorstel, want het voorstel was zeer
uitgebreid, gedetailleerd met een kosten- en exploitatie-
opzet. Speciaal ook ten opzichte van de niet-politieke
leden van het Stichtingsbestuur zal intrekking van het
raadsbesluit onelegant zijn en het zal zeker niet de
werklust en ambitie van de bestuursleden stimuleren. De
Stichting verdient een kans om na te gaan of het project
elders kan worden ondergebracht.
Het krediet kan voor geen enkel ander doel worden besteed.
Zolang dat krediet bestaat is het Stichtingsbestuur ge
machtigd om dat krediet te besteden. Als het niet gebruikt
kan worden dan komt men daar zeker op terug. In Linnaeushof
is een soortgelijke attractie. Door eigen inbreng van het
Stichtingsbestuur is deze bijgestuurd en verfijnd.
Het kan op dit moment niet geleverd worden, maar dat wil
helemaal niet zeggen, dat deze niet door een andere firma
geleverd kan worden. Voor de eerste firma is inmiddels een
faillissement aangevraagd en daarom konden geen sluitende
garanties worden gegeven.
Daaruit blijkt de zorgvuldigheid waarmee het Bosbadbestuur
deze zaak heeft benaderd en het verdient dan ook geen enkel
verwijt.
De heer Buijtendijk (V.V.D.merkt op dat naar zijn mening
de raad op een enkele uitzondering na wel op één lijn zit.
In de raadsvergadering van 25 oktober 1979 werd het be
treffende pré-advies voorgelegd. Uit de notulen van die
vergadering blijkt dat er nogal wat tegenwerpingen waren van
uit de raad. De heer Buijs (P.v.d.A.) maakte toen de opmerking:
"Voor mij is het een sprong in het duister". Dit blijken
profetische woorden geweest te zijn.
-Spreker-
-13-
Spreker acht het niet terecht dat het college zich thans achter
het Stichtingsbestuur verschuilt, want het gaat nu juist om
het college. Wethouder van Eekelen heeft destijds gesteld,
dat de keuze van de vliegtuighangbaan berust op een bepaalde
ervaring, die men in een ander park met eenzelfde soort
attractie heeft opgedaan. Voorts deelde deze mede, dat er
slechts één bedrijf was dat deze attractie produceerde, vandaar
dat er slechts één offerte werd uitgebracht. Dit laatste is
mede bepalend geweest voor het uiteindelijke besluit van de
raad destijds. In het verloop van de ontwikkelingen bleek die
vliegtuighangbaan niet te bestaan en ook niet geproduceerd te
kunnen worden. Spreker blijft dit onjuiste voorlichting noemen,
een voorlichting op basis van veronderstellingen. Dat woord is
al eerder in deze raad gevallen. Het Stichtingsbestuur heeft
binnen dit gegeven met de fabrikant onderhandeld over het
bouwen van een prototype. Daarbij werd voorgesteld om
29.000,aan de fabrikant ter beschikking te stellen voor
het bouwen van het prototype, indien er zekerheden verschaft
konden worden voor terugbetaling van 21.960,voor de aan
loopkosten indien het prototype afgekeurd zou worden. Hieruit
blijkt duidelijk dat, in tegenstelling tot hetgeen wethouder
van Eekelen heeft gesteld, de vliegtuighangbaan niet bestond
en ook niet geproduceerd kon worden, want er moest een proto
type worden gemaakt. Uiteindelijk heeft de heer Kint in de
vergadering van het Stichtingsbestuur van 4 februari 1980
gezegd: "De overdekte trapskelterbaan in de Linnaeushof is
"niet vergelijkbaar met de geoffreerde vliegtuighangbaan. Mij
"is steeds duidelijker geworden, dat de vliegtuighangbaan niet
"produktierijp is.
"Niet goedkeuring van het prototype zou naar mijn mening weieens
"de ondergang van de opdrachtnemer kunnen betekenen, omdat
"het een klein bedrijf betreft met kennelijk een geringe krediet
waardigheid". Spreker acht dit verstandige woorden en een
correcte voorlichting. Het Stichtingsbestuur besluit de op
dracht voor de vliegtuighangbaan niet te verstrekken.
Inmiddels kan die opdracht ook niet meer verstrekt worden,
want het bedrijf is failliet. Voor de V.V.D.-fractie blijft
de volgende vraag bestaan: "Heeft de voorzitter van deze raad,
-die-