GEMEENTE HOEVEN
Agendanr. 4* Raadsvergadering d.d. 24 april 1980-.
Onderwerp: Voorstel tot wijziging van diverse rechtspositieregelingen.
HOEVEN, 4 april 1980.
A'ls gevolg van de wijziging van de Algemene kinderbijslagwet
(A.K.W.) met ingang van 1 januari 1980, waarbij onder meer de
bestaande kinderbijslagregelingen werden samengevoegd tot één
verplichte kinderbijslagverzekering, die de gehele bevolking
omvat, is de Kindertoelageregeling overheidspersoneel (K.T.O.) komen
te vervallen. In deze K.T.O. is de kindertoelage voor het eerste
en tweede kind geregeld. De gewijzigde A.K.W. regelt de aanspraak
op kinderbijslag vanaf het eerste kind.
De afschaffing van de K.T.O. heeft tot gevolg, dat een
aantal rechtspositieregelingen aan de nieuwe situatie moet worden
aangepast.
Het merendeel van de aan te brengen wijzigingen is van zuiver
technische aard.
Een uitzondering daarop maken de wijzigingen van het huidige
artikel D 4» leden 2, 3 en 4 van het A.A.R. en de wijzigingen van
artikel 13» lid 1, van de Wachtgeldverordening en artikel 10,
lid 1van de ïïitkeringsverordening. Thans wordt in het derde lid
van artikel D 4 bepaald dat voor een kind, waarvoor de ambtenaar
geen volledige kindertoelage ontvangt, de vakantietoelage van de
ambtenaar wordt vermeerderd met 8% van de kindertoelage ingevolge
de Kindertoelageregeling overheidspersoneel welke die ambtenaar
voor dat kind geniet.
Aangezien er onder de nieuwe wettelijke maatregelen geen sprake
meer zal zijn van onvolledige kindertoelage, is voor de berekening
van het bedrag per kind in de vakantietoelage voor de ambtenaar die
geen volledige betrekking vervult, aansluiting gezocht bij de
methode van berekening van het minimumbedrag in de vakantie
uitkering. Voor wat betreft de Wachtgeld- en Uitkeringsverordening
is materieel de Rijksregeling overgenomen.
Het Centraal Orgaan inzake gemeenschappelijke behandeling
van gemeentelijke personeelsaangelegenheden heeft bij brief van
12 februari 1980, nr. 1240, het aanbrengen van de nodige wijzigingen
aanbevolen.
-Zij-