GEMEENTE HOEVEN De minister heeft ons verzocht aan de hand van deze bescheiden de totstandkoming van deze voorzieningen te be vorderen ten behoeve van het personeel van onze gemeente. Het Centraal Orgaan heeft bij hun brieven van 27 november 1979, nr. 7544» 5 januari 1980, nr. 20 en 31 januari 1980, nr. 870, aanbevolen overeenkomstige maatregelen voor het gemeentepersoneel te treffen. Gevolg gevend aan het verzoek van de minister stellen wij u voor, de salarissen van het personeel aan te passen zoals vermeld in het ontwerp van de 25e wijziging van de Salarisverordening I971,dat bij de stukken ter inzage is gelegd. In het ontwerp-besluit worden tevens verwerkt de aan passing van het wettelijk minimum-loon per 1 januari 1980 en de indexering, op basis van de kosten van het levens onderhoud, van de kleding-en rijwieltoelagen per 1 januari 1980. Eveneens is ter inzage gelegd een ontwerp—besluit tot toekenning van een uitkering-ineens over het jaar 1979 naar aanleiding van de circulaire van de minister van 27 november 1979, nr. AB 79/U 2490. De commissie algemene zaken is gehoord. Burgemeester en wethouders van Hoeven. Twaalfhoven, burgemeester Vergouwen, secretaris. Agendanr. 5- Raadsvergadering d.d. 27 maart 1980. Onderwerp: Voorstel tot vaststelling van de Uitkeringsverordening vrijwillig- vervroegd uittreden en in verband hiermee tot wijziging van het Algemeen Ambtenarenreglement. HOEVEN, 7 maart 1980. Zoals bekend is bij K.B. van 3 december 1979 Stbl. 752 het Besluit vervroegd uittreden burgerlijk rijkspersoneel vastgesteld, op grond waarvan een belanghebbende die op de datum van ontslag 63 jaar is of ouder en die een ononderbroken diensttijd van ten minste tien jaren heeft, met ingang van de ontslagdatum recht heeft op een uitkering van 80% van zijn laatste wedde. Uit de nota van toelichting bij het K.B. van 3 december 1979» Staatsbl. 751» tot wijziging van o.m. het Algemeen Rijksambtenaren reglement ter invoering van de mogelijkheid voor het burgerlijk rijkspersoneel om vervroegd uit te treden, blijkt dat de oorsprong van deze invoering om vervroegd uit te treden gelegen is in het trendbeleid. Dit beleid houdt in, dat de ambtenaren de welvaarts ontwikkelingen in het particuliere bedrijfsleven volgen. Gezien de ontwikkelingen met betrekking tot het vervroegd uit treden in het particuliere bedrijfsleven is in het kader van het trendbeleid besloten, dat de overheid deze ontwikkelingen in de arbeidsvoorwaarden voor particuliere werknemers overneemt voor haar eigen personeel. De overtuiging bestaat, aldus de nota van toe lichting, dat het scheppen van de mogelijkheid om vervroegd uit te treden een gunstig effect zal hebben op het herverdelen van de werkgelegenheid c.q. een effectief hulpmiddel zal zijn bij het bestrijden van de werkloosheid. De minister van binnenlandse zaken heeft ons inmiddels in overweging gegeven, een overeenkomstige voorziening voor het gemeentepersoneel voor te bereiden. Het Centraal Bureau inzake gemeenschappelijke behandeling van gemeentelijke personeelsaangelegenheden heeft bij brief van 1 oktober 1979, nr. 6114, meegedeeld, dat de organisaties van overheidspersoneel zich met de invoering van de zogenaamde VUT- regeling kunnen verenigen, zodat plaatselijk overleg over de -invoering-

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1980 | | pagina 63