-4.)-
-3-
-2-
Mocht dat echter niet voldoende duidelijk zijn, dat het
college dan graag bereid is om daar een uiteenzetting over
te geven.
Zonder hoofdelijke stemming gaat de raad er mee akkoord
om de opmerking van de V.V.D.-fractie niet in de notulen
op te nemen.
Naar aanleiding van het gestelde op pagina 30» heeft de
V.V.D.-fractie opgemerkt dat de laatste alinea van agenda
punt 13 niet in de notulen had mogen worden opgenomen,
omdat aan de heer van den Bosch geen stemverklaring werd
toegestaan en artikel 40, lid 1, van het Reglement van
Orde bepaalt dat de leden stemmen met de woorden "voor"
of "tegen".
Zonder hoofdelijke stemming gaat de raad akkoord met ver
wijdering van de betreffende alinea uit de notulen.
Voor het overige worden de notulen van de openbare ver
gadering van 31 januari 1980, zonder hoofdelijke stemming
ongewijzigd vastgesteld.
3.Ingekomen stukken.
De heer Taks merkt op dat de raadsbesluiten, vermeld onder
de nummers 2 en 3 °P 6 december 1979 zijn genomen en op
15 januari 1979 zijn goedgekeurd door Gedeputeerde Staten.
De voorzitter antwoordt hierop dat deze besluiten in 1980
zijn goedgekeurd.
Hierna wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
4.Initiatief-voorstel tot afschaffing van de hondenbelasting.
Aangezien geen der leden een nadere toelichting op het
initiatief-voorstel wenst te geven, wordt tot stemming overge
gaan.
Vóór afschaffing van de hondenbelasting stemmen de leden:
Wijnen (V.V.D.), Buijtendijk (V.V.D,), van Lier, van den
Bosch, Buijs (P.v.d.A.), Koevoets, Broos en Frijters.
Tegen afschaffing van de hondenbelasting stemmen de leden:
Bol, Eerstens, Taks, Nuijten en van Eekelen.
Derhalve is met meerderheid van stemmen besloten de honden
belasting af te schaffen.
5.Aanpassing diverse rechtspositieregelingen.
Zonder hoofdelijke stemming gaat de raad akkoord met het
voorstel.
6.Vaststelling van de vergoeding over 1979 als bedoeld in artikel
101 van de Lager Onderwijswet 1920.
Dit voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
7Toekennen van subsidie in verband met het 73-jarig bestaan van
de fanfare St. Caecilia.
De heer Bui.itendi.jk (V.V.D.) stelt voor een subsidie van
1.500,te verstrekken en tevens een maximum garantiebedrag
te stellen van 1.000,als het Actiecomité kan aantonen,
dat het evenement een verlieslijdende zaak is geweest.
De heer van Lier stelt voor een bodembedrag te verstrekken
ad 750,en als de opbrengsten tegenvallen een maximaal
bedrag van 2.700,
De heer Koevoets merkt op, dat zijn fractie van mening is,
dat men voorzichtig moet zijn met het verlenen van dergelijke
subsidies en dat een vereniging zelf dient te zorgen voor
voldoende' middelen als men wil feesten.
-Spreker-