-59-
-58-
Deze zakelijke gronden zijn nu heel duidelijk, er is al of
niet sprake van bijzondere omstandigheden. In het onder
havige geval is onvoldoende rekening gehouden met de ter
mijnen, zonder dat daar redenen voor waren. Bij deze be
slissing moet mede worden overwogen dat er ook andere
mensen zijn die de grond nodig hebben. De raad moet be
slissen dat niet aan het verzoek van de heer van den Bosch
kan worden voldaan.
Spreker steunt het besluit van het college.
De heer Buijtendijk (V.V.D.) deelt mede ook enige moeite
te hebben met deze discussie. Spreker zegt begrip te hebben
voor het standpunt van de fractievoorzitter van Gemeen
schapsbelangen en zelf ook het nadeel te voelen dat de
heer van den Bosch ondervindt. Als bestuurders van deze
gemeente dient men echter naar de zakelijke aspecten te
kijken en naar recht en billijkheid te beslissen. Het
college heeft op een eerlijke en zakelijke manier een
besluit genomen, wat ten nadele van de heer van den
Bosch uitvalt. Spreker zegt dat hij als bestuurder van
mening is dat er correct is gehandeld. Door een ander
besluit te nemen worden er precedenten geschapen. Spreker
acht dit in feite nog erger en deelt dan ook mede tegen
verlenging van de termijn te zullen stemmen.
De heer Kerstens zegt dat de heren Buijs (P.v.d.A.)
en Buijtendijk (V.V.D.) een denkfout maken, omdat deze
nog aan een bouwvergunning tornen, maar dat het thans
gaat om het boetebeding.
De voorzitter antwoordt hierop dat er ontheffing wordt
gevraagd van de datum waarop de woning moet zijn voltooid.
Als de woning op 6 september 1980 niet voltooid is
treedt op 7 september 1980 het boetebeding in werking.
Het vervallen van de bouwvergunning is een andere zaak.
-Het-
Het is duidelijk dat de woning op 6 september 1980 niet
klaar kan zijn, dus als men de bouw nu start valt men straks
automatisch in het boetebeding. De heer Broos heeft voorgesteld
om een uitstel te verlenen van 6 maanden, dus dat de bouw op
6 maart 1981 voltooid moet zijn.
De heer Koevoets deelt mede dat de raad zelf de reglementen
heeft opgesteld. Spreker zegt dat de raad enige raadsvergaderinge
terug grond verkocht heeft aan iemand die daar in feite geen
recht op had, waardoor die algemene verkoopvoorwaarden ook
met voeten werden getreden. Nu komt er een andere kwestie aan
de orde en nu houdt men halsstarrig vast aan die regels, maar
dan had de raad toen ook moeten beseffen dat men over de schreef
ging. Spreker vraagt of hij als raadslid niet buiten zijn
boekje gaat als hij het voorstel van zijn fractie ondersteunt.
De voorzitter deelt mede dat de raad een ander besluit kan
nemen dan het college.
De heer Broos vraagt of het mogelijk is dat het college zich
van stemming onthoudt.
De voorzitter antwoordt hierop dat de wethouders ook tot de
raad behoren en in deze mee beslissen op het beroep. Hierna
sluit de voorzitter de discussie en brengt het voorstel van
de fractie Gemeenschapsbelangen om in beroep, in afwijking
van het besluit van het college, ontheffing te verlenen van
de termijn van 6 september 1980 tot 6 maart 1981.
Voor het voorstel stemmen de leden: Nuijten, Koevoets, Broos,
Frijters, Wijnen (V.V.D.), van Lier, Bol en Kerstens.
Tegen het voorstel stemmen de leden: Buijs (P.v.d.A.), Taks,
van Eekelen en Buijtendijk (V.V.D.)-.
De heer van den Bosch heeft zich van stemming onthouden omdat
deze zaak hem persoonlijk aangaat.
-Derhalve-