-53- -52" Dus zodra er een mutatie is, gaat men naar de heer van der Pas en die lost dat altijd op een bijzonder prettige financiële wijze op, weshalve er inderdaad wat emotionele en noodzakelijke bindingen zijn met de heer van der Pas. De heer van Lier: Dat kan ik begrijpen, mijnheer de voorzitter, maar de reparatie had ook al in die tijd voorgelegd moeten worden aan een concurrerende firma. Voorzitter: Het is de vraag of ze dat zouden willen doen. De heer Buijs (P.v.d.A.): Wat gaat er met de oude uniformen gebeuren? Is het niet mogelijk om die eventueel aan onze jumelagege- meente af te staan? Voorzitter Ja, dan moeten ze niet naar de jumelagegemeente, maar dan zouden naar het Antwerpse moeten. Ik weet niet of het district Antwerpen nou behoefte heeft aan onze uitgaansuniformen. De heer Buijs (P.v.d.A.): Mijn vraag is om toch even serieus te bekijken of die oude uniformen niet, hetzij voor een goed doel, hetzij voor een kleine opbrengst verkocht kinnen worden. In ieder geval, dat ze niet weggegooid worden. Voorzitter: Dit is zwaar in bespreking met de commandant van de brandweer. Daarbij wordt gedacht om deze uniformen nog zelf te gebruiken, zo tussendoor. Wellicht dat er nog een andere mogelijkheid, maar daar is nog geen uitsluit sel over. -Het- Het is wel de bedoeling om te proberen om ze zelf nog even te laten gebruiken. Hierna gaat de raad zonder hoofdelijke stemming akkoord met het voorstel. In verband hiermede wordt de 5e wijziging van de gemeente begroting 1979 vastgesteld. 9.Krediet voor een nieuwe inrichting van de secretarie-afdelingen II en III. De heer Wijnen (V.V.D.): Mijnheer de voorzitter, in de map lag maar één offerte nl. die van de fa. Versluis. Zijn er nog meerdere offertes aangevraagd? Wat gebeurt er met het oude meubilair, wordt dit weggegeven of wordt dit verkocht? De heer van Lier: Mijnheer de voorzitter, ik kan volledig instemmen met datgene wat de heer Wijnen zegt. Ik wil u alleen in overweging geven, dat u als u concurrerende offertes gaat vragen, terdege let op de kwaliteit. Het is in het bedrijfsleven nou eenmaal bekend, dat bijvoorbeeld de Duitse persing van de bladen voor de bureaus die gebruikt worden beter is dan de Hollandse. Dat moet u ook in overweging nemen. De heer Buijs (P.v.d.A.): Ik wil vooraf zeggen dat wij natuurlijk het werkcomfort voor de ambtenaren een belangrijke zaak vinden. Het gaat er alleen om, hoe wordt daar gestalte aan gegeven en wat zijn de argumenten. Als ik lees dat het vertrek van een aantal afdelingen schrijnend tekort aan werkcomfort aan het licht heeft gebracht, dan kan ik dat niet goed volgen, omdat daardoor wat meer ruimte is gekomen. Is het niet gewoon zo, dat de andere afdelingen nieuw meubilair hebben gekregen en dat dan nu de afdelingen die hier achter zijn gebleven, dat ook moeten'krijgen. -Dat-

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1979 | | pagina 89