1
-52-
dat ook logisch is dat deze drie bestuursorganen in de ge
westraad zitting kunnen hebben.
Met betrekking tot de koppeling met de colleges van burge
meester en wethouders merkt de voorzitter op dat de regeling
daar momenteel niet in voorziet.
Spreker acht het een gemis dat daar niet wat dieper op is
ingegaan.
Hierna wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aange
nomen, met het amendement dat de kommunikatie met het Streek-
gewest ook naar de bevolking toe verbeterd dient te worden.
12.) Hetgeen verder ter tafel komt.
De voorzitter spreekt zijn teleurstelling uit over het feit
dat de fracties van het C.D.A. en de V.V.D. de vergadering
hebben verlaten.
Spreker vraagt de raad er mee akkoord te gaan dat bij de
eerstvolgende raadsvergadering een voorstel tot wijziging van
het reglement van orde, inzake de tijdsduur van een ver
gadering, aan de orde wordt gesteld.
Zonder hoofdelijke stemming gaat de raad hiermee akkoord.
Ten aanzien van de in de informatiemap ter inzage gelegde
stukken merkt de heer Buijs (P.v.d.A.) op, dat de provincie
afwijzend heeft beschikt op een verzoek om vergunning tot
het uitbreiden van het tenniscentrum te Bosschenhoofd in de
vorm van een hotelaccommodatie. Spreker zegt in de notulen
van een vergadering van het college te hebben vernomen dat
het college zich zou willen inzetten om bij de provincie te
bepleiten, dat die uitbreiding wel plaatsvindt. Spreker zegt
zich af te vragen wat daarbij het belang is voor de gemeenten,
waarom het college zich daar in mengt en wat daarvoor de
argumenten zijn. De heer Buijs (P.v.d.A.) zegt van mening te
zijn, dat een dergelijke accommodatie daar ook niet gebouwd
behoort te worden, zulks mede gelet op de argumentatie van
de provincie.
-Voorts-
-53-
Voorts merkt spreker op dat het college aan de ruilverkavelings]
commissie heeft medegedeeld, dat de doortrekking van de Hei- I
straat een hard gegeven is.
Spreker zegt zich af te vragen op basis van welke uitspraak van I
de raad dat gezegd kan worden. Indien de raad die uitspraak nie
gedaan mocht hebben verlangt spreker dat deze mededeling wordt g.
corrigeerd.
Tenslotte spreekt de heer Buijs (P.v.d.A.) zijn bezorgdheid uit
over de gebouwde aantallen woningen naar financieringswijze,
zoals die in het jaaroverzicht 1978 zijn vermeld. Spreker trekt
in deze een vergelijking tussen de gebouwde woningwetwoningen en
de gebouwde eigen bezitswoningen en zegt zich ernstig zorgen te I
maken als hij het aantal woningzoekenden ziet. Spreker vraagt
het college zich hierover ernstig te bezinnen en goed na te
gaan wat voor maatregelen er mogelijk zijn om de nood aan
woningen voor de lagere inkomens zo snel mogelijk te lenigen.
In dit verband verwijst spreker naar het ontwerp-streekplan en
de nota ruimtelijke hoofdstructuur, waarin op blz. 64 staat dat
Hoeven één van de voorbeelden is waar de laatste jaren zeer veel
dure woningen zijn gebouwd. Spreker zegt het niet prettig te
vinden dat Hoeven daar zo uitdrukkelijk genoemd wordt.
De voorzitter antwoordt hierop dat het college inderdaad mede
werking heeft toegezegd aan de uitbreiding van de hotelaccommo
datie van het sporthotel te Bosschenhoofd, onder voorwaarde dat
het argument, dat zulks uit financieel economisch oogpunt nood
zakelijk is, hard kan worden gemaakt.
Spreker deelt mede dat het gemeentebestuur geen initiatief
heeft genomen om het sporthotel daar te doen vestigen, maar dat
er wel toestemming werd verkregen om die accommodatie daar te
realiseren. Spreker zegt dat als het dan financieel economisch
noodzakelijk is om die accommodatie verder uit te breiden, om
daardoor te kunnen zorgen voor de continuïteit, dient men
daar medewerking aan te verlenen. Dit is aan Gedeputeerde Staten
geschreven.
Door middel van verklaringen van de accountant en van andere
deskundigen is de financieel economische noodzakelijkheid van
de uitbreiding aangetoond. Indien Gedeputeerde Staten van mening
zijn dat dat argument hard is, dan dient met ook consequent te
zijn om te voorkomen dat het sporthotel binnen de kortst moge
lijke tijd misschien weer leegstaat.
-Spreker-
