-49-
Met punt 5 hebben wij niet zoveel problemen. We zeggen niet
dat het moet. Als men zegt, dat het niet zo is, hebben wij
daar ook vrede mee.
De heer van Lier; We onderschrijven wat de heer Buijs en de
heer Rijsdorp heeft gezegd tot en met punt 3.
Op punt 4 een kleine toelichting. Er staat: deelnemen aan de
discussies tijdens openbare commissievergaderingen, dan zeg ik
nee, maar na de vergadering de mensen in de gelegenheid stellen
voor vragen of opmerkingen te plaatsen.
We hebben ook weinig moeite met punt 5, we zullen de meerder
heid volgen, maar je kunt nooit vooruit zeggen, gelet op
de aard van de onderwerpen, we laten daar wat niet-raadsleden
zitting in nemen.
Je zal per onderwerp eigenlijk een deskundige moeten hebben.
Je krijgt ook het punt van moet je niet-raadsleden beëdigen,
moet je ze geheimhouding opleggen.
De heer Eerstens: Mijn betoog heeft meer het karakter van een
stemverklaring.
Onze fractie heeft het een goede nota gevonden. Ook de betogen
van P.v.d.A., V.V.D. en C.D.A. spreken ons wel aan, maar ik
vind dat er nogal wat in zijn algemeenheid over openheid en
openbaarheid gesproken wordt.
weet, dat openbaarheid van commissievergaderingen een van onze
programmapunten bij de verkiezingen was.
We hebben dit nu in studie genomen en mijn stemverklaring heb ik
meer toegespitst op de situatie in Hoeven.
Gezien de huidige vergadertaktiek en de wijze waarop be
raadslagingen worden gevoerd door het gemeentebestuur van
Hoeven. Gezien de andere mogelijkheden, die er zijn tot open
heid en openbaarheid t.o.v. de inwoners, en wij denken hier aan
hoorzittingen en mededelingen via de pers; gezien het geringe
aantal inwoners dat zelfs een openbare raadsvergadering bij
woont; mede gezien dat er toch wel een bepaalde beslotenheid
in acht genomen moet worden in sommige situaties; en mede gezien
het feit, dat onze fractie een commissievergadering voor 90%
ziet om zich door deskundigen en meer intern te laten
-informeren-