-5- De gemeente mag bij. de door haar krachtens artikel.4, 4e lid,-ge stelde nadere regelen (in haar openbaarheidsverordening) deze uitzonderingsgronden.vnade.r- invullen, doch niet zodanig, dat daarmede de..uitzond-eringsgrondea-vanalle kracht wordes-ontdaan. Dat zou het geval zijn, wanneer-de gemeente zou kunnen bepalen, dat (vrij wel) alle ambtelijke adviezen voortaan openbaar zijn. ¥ast staat inmiddels dat men voor het incidenteel openbaren -van ambtelijke' adviezen,, inclusief persoonlijkebeleidsop vattingen onder. de.eerder, genoemde voorwaarden kan uitwijken naar artikel 2 W.O.B. Dit artikel lent -watdat betreft enige ruimte. Maar deze ruimte van artikel 2 gaat niet zo ver dat de gemeentelijke wetgever in een openbaarheidsverordening zou kunnen bepalen, dat alle ambtelijke .adviezen openbaar zijn. Wanneer dit-nl. wel het geval zou zijn, wordt daarmede de uitzonderingsbepaling van artikel 1, tweede lid, W.O.B. geheel zinloos. Zij zou dan van nul en generlei betekenis zijn. Deze uitzonderingsgrond i-s echter niet zonder reden in de wet opgenomen.- Zij geeft uiting-aan de opvatting van de wetgever, dat persoonlijke beleidsopvattingen van ambtenaren in het algemeen niet openbaar behoren te worden gemaakt. Openbaar heid van persoonlijke beleidsopvattingen kan (in het algemeen) het stelsel- van politieke... verantwoordelijkheid van de bestuurders aan tasten. .-.Da regering houdt evenwel onverkort .vast .aan de politieke verantwoordelijkheid van de bestuurders en wil de ambtelijke verantwoordelijkheid (tegenover de bestuuders). daarvan gescheiden houden. De wetgever acht het geoorloofd, dat persoonlijke beleids opvattingen van ambtenaren, via de weg van artikel.2 W.O.B. incidenteel openbaar worden gemaakt. Het gaat dan om adviezen van hoofden van dienst, die als het ware een eindprodukt zijn van de interne beleidsadvisering. De regeling acht dan de zuiverheid van de verhouding tussen adviseurs en geadviseerde niet geschaad. Hetzelfde geldt voor incidentele openbaarmaking .van adviezen van andere ambte naren dan de genoemde, .hoofden van dienst. De wetgever acht het niet geoorloofd, dat in een openbaarheidsverordening- wordt bepaald, dat a-He ambtelijke adviezen openbaar zijn. -Ten-

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1979 | | pagina 271