I I -14- Ik wil u dan ook vragen, dat u een vervolg-brief naar de ruilverkave 1 ingscommissie schrijft, met de mededeling, dat die uitspraak niet zo hard is als u heeft doen voorkomen, omdat deze zaak nog steeds niet in een raadsbesluit is vastgelegd. tip beer van Lier: Ik wil even de heer Buijs (P.v.d.A.) beantwoorden. Mijn eerste zorg was de rechtszekerheid van die woonwagenbe woners. Bat is de oorsprong geweest, die ik zeker niet iedere keer hoef te herhalen, maar die rechtszekerheid is er niet. Op 16 oktober stonden ze in ons bevolkingsregister ingeschreven en ik ben benieuwd wat de advocaat van deze familie zou zeggen als hem dat blijkt. De voorzitter: Ik beëindig de discussie over de woonwagenbe woners. Ik ben het nochmet de stelling van heer Buijs (P.v.d.A.) eens, noch met de heer van Lier. Het in- of uitschrijven heeft totaal niets te maken met de rechts positie van de woonwagenbewoners. Ten aanzien van de Heistraat zijn en blijven wij van mening, dat er voldoende harde elementen aanwezig zijn op grond waarvan de ruilverkavelingscommissie rekening zou kunnen houden met de doortrekking van de Heistraat. Straks zal het evaluatierapport van het verkeerscirculatieplan ook door de raad dienen te worden vastgesteld en dat is dan het laatste harde gegeven. Het is niet juist, dat wij terug zouden moeten gaan naar de ruilverkavelingscommissie. Dat doen we zeer beslist ook niet. je heer Bui .is (P.v.d.A.); Dan constateer ik, dat u in strijd handelt met de zaken, die de raad al of niet vaststelt. Uit de nota van de wethouder blijkt dat er in de raadscommissie van bezwaren tegen de doortrekking is gebleken en bovendien dat de ra-ad daartoe nog moet besluiten. Als de raad besluit zal daar- an °ols: "kijd-ig kennis gegeven dienen te worden aan de plaatselijke "Missie. Ik blijf van mening, dat het onvoldoende hard is, aan de ruilverkavelingscommissie door te geven, dat zij daar erkort rekening mee moeten houden. U moet aan die commissie ijven, dat u plannen in die richting heeft, maar dat het nog |iet hard is.

Raadsnotulen

Hoeven: 1928-1996 | 1979 | | pagina 179