-3-
-2-
Spreker verzoekt de notulen in die zin te wijzigen.
Zonder hoofdelijke stemming gaat de raad hiermee akkoord.
Met "betrekking tot het gestelde op pagina 24, 3e regel van de
2e alinea, merkt de heer van den Bosch op dat hij niet heeft
gezegd dat hij naar aanleiding van de door hem gestelde voor
waarden, weinig veranderingen heeft kunnen constateren, maar
dat hij heeft gezegd dat hij behalve de door hem voorgestelde
voorwaarden, weinig veranderingen heeft kunnen constateren.
Spreker verzoekt de notulen in die zin te wijzigen.
Zonder hoofdelijke stemming gaat de raad hiermee akkoord.
Voor het overige worden de notulen hierna zonder hoofdelijke
stemming ongewijzigd vastgesteld.
Naar aanleiding van het gestelde op pagina 3, 3e alinea, pleit
de heer Buijs (P.v.d.A.) voor een modernisering in de ver
slaglegging van de raadsvergaderingen. Spreker zegt dat de
huidige wijze van notuleren ouderwets en een te zware opgave
is. Spreker vraagt het college te onderzoeken of de notulist
in deze gebruik zou willen maken van opnameapparatuur en zo
ja, of het college dan bereid is medewerking te verlenen tot
aanschaf en gebruik van een bandopnameapparaat.
Be voorzitter antwoordt hierop dat indien mocht blijken dat
een bandopnameapparatuur organisatorisch wenselijk wordt
geacht, het college zich daaraan zal conformeren.
Be heer Zagers merkt naar aanleiding van het agendapunt 13 op
dat het college bij schrijven d.d. 29 november 1978 enige
bouwstoffen voor de taakstelling van de begeleidingscommissie
voor het project Groot Seminarie heeft aangereikt, met ver
zoek eventuele bemerkingen binnen twee weken kenbaar te maken.
Spreker zegt dat zulks wegens gebrek aan tijd niet mogelijk
is gebleken en verzoekt deze bouwstoffen in de eerstvolgende
commissievergaderingen aan de orde te stellen, waarna het
college terzake een voorstel aan de raad kan doen.
-Be-
Be voorzitter deelt mede dat aan dit verzoek gevolg zal worden
gegeven.
3. Ingekomen stukken.
Naar aanleiding van de in de leesmap ter inzage gelegde stukken
merkt de heer Buijs (P.v.d.A.) op dat in de vergadering van
het college d.d. 24 november 1978 de uitbreiding van de Camping
"de Haspel" aan de orde is geweest.
Spreker vraagt op welke wijze de raad in deze uitbreiding zal
worden betrokken. Voorts merkt spreker op dat het college op
17 november 1978 heeft besloten tot gebruik van een niet aan
gewezen luchtvaartterrein als parkeerterrein voor vliegtuigen.
Spreker vraagt of hier geen sprake is van een verkapte
uitbreiding van het vliegveld en of zulks in overeenstemming is
met de bestemming.
Be voorzitter antwoordt hierop dat de raad zich heeft uitgesproken
over het beleidsplan voor de openluchtrecreatie en dat de heer
Buijs (P.v.d.A.) reeds eerder is uitgenodigd dit plan ter
secretarie in te komen zien.
Het verzoek van de N.V. om een verklaring van geen bezwaar voor
een parkeerhoek voor vliegtuigen is mede geschied op advies van
de Rijksluchtvaartdienst, omdat het vliegveld erg smal is, als
gevolg waarvan hinder werd ondervonden van geparkeerd staande
vliegtuigen. Spreker deelt mede dat de betreffende parkeerhoek
is gelegen binnen het gebied dat is bestemd tot luchtvaart
terrein.
Be heer Zagers deelt mede dat het college op 10 november 1978
heeft besloten een project-ontwikkelingsovereenkomst met de heer
Boeren in ontwerp gereed te doen maken. Spreker verzoekt die
overeenkomst in de commissievergadering van januari aan de orde
te stellen.
Be voorzitter antwoordt hierop dat is gevraagd een project
ontwikkelingsovereenkomst voor te bereiden, maar dat deze nog niet
gereed is. Zodra deze kwestie actueel gaat worden zal de commissie
daaromtrent zeker worden gehoord.
-Be-
