-16-
Wethouder van Eekelen deelt mede dat destijds de raad een besluit
heeft genomen met instemming van alle fracties.
Alhoewel dit besluit niet statisch behoeft te zijn, moet toch
worden gezegd dat bedoeld besluit goed en juist is geweest
ofschoon bepaalde fracties daarover thans de nodige twijfels
hebben. Oppervlakkig gezien ligt het voor de hand dat zo'n
kapitale voorziening in bedrijf zou blijven, maar het moet ook
kunnen, aldus wethouder van Eekelen. Spreker zegt het verheugend
te vinden dat het bad in een behoefte voorziet, maar dat de
financiële draagkracht niet mag worden overschreden en de
niet-gebruikers niet voor de lasten daarvan moeten opdraven.
Aan de hand van de verwachtingscijfers is vorig jaar een besluit
genomen. De uitgebreide toelichting op het initiatief-voorstel
heeft mij niet kunnen overtuigen, aldus wethouder van Eekelen.
De heer Oomen zegt zich achter het standpunt van de heer
Broos te scharen en verzoekt eveneens het bad 1 maand langer
open te houden.
De heer Taks zegt het begrijpelijk te vinden dat er een zekere
angst bestaat dat er meer zal moeten worden betaald, maar
nog van niemand te hebben vernomen dat de cijfers die de
initiatief-nemers hebben verstrekt niet betrouwbaar zouden zijn.
Voor de periode van juni 1976 tot mei 1977 is er een nadelig
saldo geraamd van 15«000,terwijl de initiatief
nemers uitkomen op een klein positief saldo. Spreker zegt de
bezorgdheid niet te delen. In de vorige raadsvergadering
heeft de voorzitter gezegd dat thans uitsluitend het besluit
van 24 juni 1976 wordt uitgevoerd. De voorzitter had toen ook
tegen de heer Rijsdorp kunnen zeggen: "U heeft gelijk", aldus de
heer Taks. Bij het destijds genomen besluit is nadrukkelijk gesteld
dat men voorzichtig diende te zijn en dat men op een later
tijdstip wellicht zou kunnen bezien of de openingstijden
uitgebreid zouden moeten worden. Het is nu maar net welk
standpunt men wenst in te nemen, aldus de heer Taks.
Spreker zegt dat de voorgestelde nieuwe experimenteer-periode
gerust kan worden aanvaard, mede omdat hij niet heeft kunnen
ontdekken dat het langer openhouden van het bad financieel
nadeliger zal werken.
De voorzitter onderstreept hetgeen wethouder van Eekelen heeft
gezegd en deelt mede dat hier sprake is van een goed voorstel,
-ofschoon-
-17-
oxschoon het voor hem persoonlijk, noch voor het bestuur van de
Stichting Bosbad Hoeven nieuwigheden bevat. Spreker zegt dat op
24 juni 1976 eenzelfde discussie heeft plaatsgevonden, waarbij
uitdrukkelijk werd besloten het bad per 1 mei te sluiten. Dit
gebeurde zowel op advies van de Vereniging van Nederlandse
Gemeenten als op advies van de Nederlandse Sport Federatie. Men
kan het overdekte bad niet gescheiden zien van het open bad, aldu
de voorzitter, die de raad ontraadt zich achter het initiatief
voorstel te scharen. Het initiatief-voorstel gaat uit van
maximale openingstijden, waaraan nogal wat bezwaren kleven.
Zulks is ook het geval ten aanzien van de overgelegde cijfers,
aldus de voorzitter.
Indien het bad gedurende een periode van slechts 6 weken kan
sluiten, zullen zich problemen voordoen met betrekking tot het
schoonmaken en onderhouden van het gebouw en apparatuur, alsook
m.b.t. het opnemen van vacanties. Spreker zegt van mening te zijn
dat nu men eenmaal heeft besloten een experimenteerperiode vast
te stellen men ook in de gelegenheid moet worden gesteld die
experimenteer-periode af te sluiten en de balans op te maken.
Voorts deelt de voorzitter mede dat hij ook ten aanzien van
de lasten nogal wat twijfels heeft en met name ten-aanzien van
de personeelslasten, omdat in het initiatief-voorstel geen
rekening is gehouden dat het salaris van de bedrijfsleider zal
worden doorberekend. Bovendien is geen rekening gehouden met
de kosten van administratie, terwijl ook het renteverlies van de
nog te ontvangen subsidie ad 400.000,— ten laste dient te
komen van de exploitatie. Als gevolg van het feit dat de
bedrijfsleider niet in het buitenbad kan worden ingezet zal het
Stichtingsbestuur het jaarsalaris doorberekenen. Voorts was in de
organisatie voor het buitenbad rekening gehouden met het feit
dat de 1e instructeur van het overdekte bad zou worden ingezet,
evenals de overige personeelsleden, aldus de voorzitter. Spreker
zegt dat de initiatiefnemers geen rekening houden met de
exploitatie van het open bad en de nevenattracties. Het
overdekt bad is juist op die pla.ats gebouwd omdat het in het
kader van de overige recreatie zou kunnen worden ingebouwd.
Spreker deelt mede dat het Stichtingsbestuur op grond van dezelf
de argumentatie adviseert het overdekte bad niet langer open
te houden, ook niet in de vorm van een slecht weer accommodatie,
omdat daarvan zo min mogelijk gebruik moet worden gemaakt, daar
-uit-