-4-
-5-
5.) Mci^„„rking art. 11,«1 72 I.O.-"»* T)?Q Ie Reuselaar (buitensport-
mat eriaal
Be heer Taks merkt op geen Bezwaar te hehhen tegen de te verlenen
medewerking, maar wel enige moeite te hebben met de motivering
van het verzoek van het schoolbestuur.
Spreker citeert hierna hetvolgende gedeelte uit het verzoek:
Daar de school voor het gebruik van materiaal afhankelijk is
van de sporthal, die eigendom is van de gemeente, verdient het
aanbeveling, dat de school zelf over een aantal artikelen be
schikt". Het lijkt erop, aldus de heer Taks,' dat de verhouding
tussen het schoolbestuur en de gemeente niet zo goed is.
De voorzitter antwoordt hierop dat men niet méér moet lezen dan
dat er staat.
De heer Kerstens deelt mede dat dit verzoek tot stand is gekomen
omdat de scholen het gloednieuwe materiaal van de sporthal niet
graag buiten gebruiken.
Hierna wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
6.) Vergoeding kunstzinnige vorming, incl. muziekonderwijs.
De heer Zagers merkt op dat zijn fractie problemen heeft met de
verordening zoals die in ontwerp ter inzage ligt, omdat de
vrees bestaat dat daarvan in de toekomst een bepaalde
discriminerende werking zal uitgaan. Spreker zegt dat leerlingen
met een grotere begaafdheid buiten de subsidie zullen vallen,
evenals de personen boven de 18 jaar.
In feite, aldus spreker,zal "St. Frans" gaan bepalen wie
van de inwoners subsidie zal verkrijgen.
De voorzitter antwoordt hierop dat de lessen van "St. Frans"
op een aanvaardbaar niveau worden gegeven en als blijkt
dat dit niveau voor bepaalde leerlingen te laag is zij naar
een ander instituut kunnen, waarbij dan zeker zal worden bekeken
of zij voor subsidie in aanmerking komen.
Het is beslist niet zo dat "St. Frans" zal bepalen wie er wel
of niet zal worden gesubsidiëerd, aldus de voorzitter.
De heer Zagers vraagt welke garantie er bestaat dat het huidige
peil van "St. Frans" gehandhaafd zal blijven.
-De-
De voorzitter deelt hierop mede dat die garantie kan worden
gevonden in de positieve benadering van de burgerijde ver
slagen en het aantal lessen dat wordt gegeven. Yoorts vindt
een frequent overleg plaats tussen het college met het gemeente
bestuur van Etten-Leur, alsook met de directie van "St.Frans",
aldus de voorzitter.
De heer Zagers verzoekt om deze zaak kritisch te blijven volgen
en daarbij tevens na te gaan of de inwoners wel datgene krijgen
waar ze recht op hebben.
Hierna wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
7Aanwijzing lid algemene vergadering hoogheemraadschap "West-
Brabant"
De heer Rijsdorp merkt op dat de heer Derckx zowel door de
gemeenten Roosendaal en Rispen en Rucphen, als door de gemeenten
Rucphen, Zundert, Hoeven en Etten-Leur kandidaat is gesteld.
Hierop antwoordt de voorzitter dat de heer Derckx heeft
medegedeeld dat hij een eventuele aanwijzing in de groep van
de gemeenten Roosendaal en Rispen en Rucphen niet zal aannemen.
De heer Rijsdorp zegt dat het bij een benoeming gebruikelijk
is dat er meerdere kandidaten worden aanbevolen waaruit dan
een keuze kan worden gemaakt. Spreker vindt het een be
treurenswaardige zaak dat de raad thans slechts de keuze heeft
uit één kandidaat. De heer Rijsdorp vraagt waarom het college
niet met een voorstel is gekomen, houdende meerdere kandidaten.
Wethouder van Eekelen deelt hierop mede dat in het voorstel
staat vermeld dat gevoerd overleg ertoe heeft geleid dat de
colleges van burgemeester en wethouders van alle 4 gemeenten
hebben besloten de heer Derckx als kandidaat aan de respectieve
lijke gemeenteraden voor te dragen.
De voorzitter deelt mede dat voorheen de burgemeester van
Etten-Leur deel uitmaakte van het algemeen bestuur van het
Waterschap "West-Brabant" en wei-voor dezelfde groep van
gemeenten. De burgemeester van Etten-Leur heeft zich thans
echter niet kandidaat gesteld, de burgemeester van Rucphen
daarentegen wel.
-Spreker-