I I
lAW
GEMEENTE HOEVEN
Deze staar, dicht bij de. belanghebbenden, zodat verkiezing door
de vereenteraden als een aanvaardbare wijze van getrapte ver
kiezing neer worden aangemerkt. Voor de verdeling van de 10
zetels over de gemeenten is uitgegaan van het inwonertal per
1 januari 1975, hetgeen leidde tot een zeteldeler van 60.000.
C-emeenten die de zeteldeler niet halen zijn verenigd in groepen,
waaraan één zetel is toegekend.
Zo vormen de gemeenten Rucphen, Zundert, Hoeven en Etten-Le"
een groep, die dus één lid aanwijst.
Gevoerd overleg heeft er toe geleid, dat de colleges van
burgemeester en wethouders van alle 4 gemeenten hebben be
sloten als candidaat aan de respectievelijke gemeenteraden
voor te dragen de heer H.J.J. Derckx, St. Martinusstraat 59
te Rucphen, burgemeester van Rucphen.
Graag stellen wij u dan ook voor de heer Derckx als lid
van de algemene vergadering van het Hoogheemraadschap West-
Brabant aan te wijzen.
Gezien de bij het vóór-overleg verkregen overeenstemming,
mogen wij u adviseren, ons voorstel te volgen.
Yoor verdere bijzonderheden verwijzen wij u nog naar de in
het agendadossier ter inzage gelegde bescheiden.
De commissie algemene zaken is gehoord.
Burgemeester en wethouders van Hoeven.
Twaalfhoven, burgemeester.
Vergouwen, secretaris.
Agendanr3 Raadsvergadering d.d. 28 april 1977.
Onderwerp: Aanleg Centrale Antenne Inrichting in de gemeente Hoeven.
H0EVEH, 15 aprLl 1977.
Ter bestudering van de vraag of de aanleg van een Centrale
Antenne Inrichting (C.A.I.) in de gemeente Hoeven in technisch en
financieel opzicht realiseerbaar zou zijn, is een tijdelijke Com
missie ad hoe ingesteld, die als taak kreeg over deze moeilijke
materie advies uit te brengen.
In juni 197é heeft de commissie haar bevindingen in een rapport
neergelegd en ter discussie en behandeling aan ons college aange
boden.
Dit rapport, waarvan een exemplaar aan ieder van u bij brief
van 22 juni 1976 werd toegezonden, is door ons nader bestudeerd en
voorzien van kritische aantekeningen. In de vergaderingen van ons
college is het rapport dan ook meermalen een onderwerp van be
spreking geweest.
Daar er ten aanzien van een aantal punten toch nog vragen
bleven bestaan, heeft de behandeling van het rapport ertoe geleid,
dat realisering van een C.A.I. in de gemeente Hoeven op basis van
het in het rapport genoemde systeem ea de daarin gesuggereerde wijze
van realiseren financieel niet haalbaar zou zijn.
Op grond hiervan is de commissie gevraagd deze materie opnieuw
te bestuderen en te zoeken naar alternatieven, waaronder eventuele
samenwerking met de gemeente Oudenbosch.
Daar echter bij een samenwerking tussen de gemeenten Oudenbosch
en Hoeven de gemeentegrens moet worden overschreden en bij over
schrijding van de gemeentegrens toestemming van de P.T.T. vereist is,
heeft de commissie bij brief van 21 september 1976 bij de P.T.T.
geinformeerd naar een eventuele mogelijkheid tot samenwerking en naar
de financiële gevolgen daarvan.
Ra de nodige rappels en herinneringen is eindelijk op 25
februari 1977 van de P.T.T. schriftelijk bericht ontvangen van de
positieve beslissing op het verzoek en van de tarieven en voor
waarden, waartegen een koppeling zou kunnen plaats vinden.